Academisch schrijven in je scriptie | Taaltips | Voorbeelden
Zelfs als je alles foutloos spelt, kun je de taal in je scriptie nog verbeteren. In deze artikelen over de academische stijl wordt uitgelegd hoe je je scriptie naar een nog hoger niveau kunt tillen. Ook hebben we een aantal artikelen met standaardzinnen voor het Nederlands en Engels die je direct kunt opnemen in je scriptie!
Taalgebruik
Academische stijl
Spelling en taalgebruik
Vermijd veelgemaakte taalfouten
Zorg ervoor dat onnodige fouten je scriptie niet halen. Zo ziet je scriptie er direct professioneler uit.
Zelf de taal van je scriptie verbeteren? Met deze doe-het-zelf-tips doe je dat snel en gemakkelijk.
Samenstellingen: aan elkaar of los?
In het Nederlands schrijf je woorden heel vaak aan elkaar, waardoor je de vreemdste constructies bouwt. Volg altijd de regels voor het aaneenschrijven van woorden en samenstellingen. Kom je er niet uit, dan vind je voorbeelden in de lijst met veelgemaakte fouten.
Gebruik de goede werkwoordstijd per scriptieonderdeel
Volg de richtlijnen voor werkwoordstijden in je scriptie. Het verschilt per scriptieonderdeel welke werkwoordstijden je mag gebruiken. In een conclusie is het niet handig om over je onderzoek te praten alsof het nog moet worden uitgevoerd. Kijk daarom goed welke tijd je gebruikt en of deze past bij de informatie die je wilt overbrengen.
Soms bieden onderwijsinstellingen andere richtlijnen voor de werkwoordstijden in je scriptie. Controleer daarom goed welke richtlijnen je mag hanteren.
Vermijd te vaag, te subjectief of te overdreven taalgebruik (verboden woorden)
Vermijd vage, subjectieve bewoordingen, informeel taalgebruik, kortom de verboden woorden. Dit zorgt ervoor dat je scriptie formeler en zakelijker wordt, zodat deze beter in de academische context past.
Pas op met het woordje “er”
Het woordje “er” wordt al snel op overbodige plekken gebruikt. Zorg er daarom voor dat je ons artikel met regels voor het gebruik van “er” bekijkt, zodat je geen fouten maakt.
Academische stijl
Vermijd “ik”, “wij” en “jij”
Door “ik” en “wij” te vermijden in je scriptie zorg je voor een objectieve, onafhankelijke toon. Daarom raden we het gebruik van de ik-vorm in scripties af. Uitzonderingen zijn een voorwoord, dankwoord, nawoord en reflectie. Het is niet toegestaan “je”, “jullie” of “u” te gebruiken om de lezer direct aan te spreken, behalve in het voorwoord.
Afkortingen en getallen: uitschrijven of niet?
Gebruik je een onbekende afkorting, zoals KPI of NAH? Zorg er dan voor dat deze op de juiste wijze geïntroduceerd wordt. Bekende afkortingen, zoals VVD, tv en pc hoef je niet te introduceren. Afkortingen voor woorden en uitdrukkingen, zoals n.a.v. en etc., mag je niet gebruiken in een scriptie en dien je voluit te schrijven.
Voor getallen gelden specifieke stijlregels. Daarom leggen we je uit wanneer je getallen wel uitschrijft en wanneer niet. Zo gebruik je voor percentages en exacte waarden, zoals euro’s of kilo’s, cijfers, maar voor andere kleine getallen (onder de twintig) niet. Ook mag je geen getallen in cijfers gebruiken aan het begin van de zin.
Spreektaal voorkomen en je schrijfstijl verbeteren
Het is belangrijk dat je scriptie zakelijk en academisch overkomt. Daarom is het beter om spreektaal te voorkomen en niet alleen goed te letten op spelling en grammatica, maar ook op je schrijfstijl. Zo kun je de lezer bijvoorbeeld beter niet direct aanspreken, is het verstandig om stopwoorden en spreekwoorden te vermijden en kun je de naamwoordstijl beter voorkomen.
Schrijfwijze statistische resultaten
Er bestaan ook richtlijnen voor de rapportage van statistische onderzoeksresultaten in je scriptie. In de meeste gevallen wordt de APA-stijl gebruikt om afkortingen, symbolen, vergelijkingen en formules te weergeven.
Academisch Engels
Engelse woorden in Nederlandse scripties
Voor het gebruik van Engelse woorden in Nederlandstalige scripties gelden specifieke regels. Soms mag je ze zo overnemen, maar andere keren moet je de Nederlandse schrijfwijze gebruiken.
Bekijk ons artikel voor de precieze regels voor Engelse woorden in Nederlandse scripties en leer hoe je Engelse termen in je tekst introduceert. Je kunt kiezen tussen cursivering of het gebruik van aanhalingstekens.
Ten slotte is het belangrijk dat je niet te veel Engelse termen gebruikt. Bestaat er een goed, Nederlands alternatief? Gebruik dan bij voorkeur de Nederlandse variant.
Engelse werkwoordstijden, verbindingswoorden en synoniemen
Gebruik ook in het Engels de goede werkwoordstijden, zodat de informatie in je scriptie logisch wordt gepresenteerd. Daarnaast kan het helpen om onze artikelen over Engelse synoniemen en Engelse verbindingswoorden en signaalwoorden te bekijken, zodat je variatie en samenhang kunt aanbrengen in je scriptie.
Veelgemaakte fouten, hoofdletters en afkortingen in het Engels
Voorkom dat veelgemaakte fouten in je Engelstalige scriptie blijven staan. Zo krijgen vaak alle belangrijke woorden in een Engels kopje of een Engelse titel een hoofdletter, en niet alleen het eerste woord en eigennamen. Probeer daarnaast samentrekkingen te vermijden, omdat deze als informeel worden gezien.
Amerikaans-Engels of Brits-Engels en voorkeuren van onderwijsinstellingen
De verschillen tussen Amerikaans-Engels en Brits-Engels zijn best groot. Houd bij je keuze rekening met de voorkeuren van jouw universiteit of hogeschool en zorg voor consistentie (gebruik of de ene variant of de andere).
Amerikaans-Engels | Brits-Engels |
---|---|
analyze | analyse |
canceled | cancelled |
acknowledgment | acknowledgement |
favorite | favourite |
focuses | focusses |
Standaardzinnen per scriptieonderdeel
We hebben voor enkele scriptieonderdelen standaardzinnen geformuleerd in het Nederlands en Engels, zodat je deze direct kunt overnemen in je scriptie. Op dit moment zijn standaardzinnen beschikbaar om:
- de scriptieopbouw uiteen te zetten in de leeswijzer;
- te verwijzen naar literatuur;
- het probleem te introduceren;
- het belang van het onderwerp te benadrukken;
- een controversieel of een onbekend onderwerp te introduceren;
- het doel te beschrijven of de doelstelling te formuleren;
- het soort onderzoek aan te duiden of te beschrijven;
- de beperkingen van eerdere onderzoeken of je eigen onderzoek op te sommen;
- suggesties te doen voor vervolgonderzoek;
- je resultaten te interpreteren in de discussie.
Veelgestelde vragen
- Hoe voorkom je spreektaal in academische teksten?
-
Een scriptie die veel spreektaal bevat, kan worden afgekeurd door begeleiders. Probeer daarom te voorkomen dat je:
- Vulwoorden en dubbelingen gebruikt (zoals “tevens ook”)
- Vaag taalgebruik gebruikt (“men zegt dat” – wie is men?)
- De lezer aanspreekt (“je zult zien dat”)
- Uitdrukkingen en gezegden gebruikt (“bloed, zweet en tranen”)
- Moet je getallen uitschrijven?
-
Er zijn veel regels voor het uitschrijven van getallen. Het belangrijkste is dat je consistent bent.
Getallen onder de twintig, tientallen tot honderd, honderdtallen tot duizend en duizendtallen tot en met twaalfduizend worden in de meeste gevallen uitgeschreven. Hetzelfde geldt voor de woorden ‘miljoen’, ‘miljard’ en de bijbehorende rangtelwoorden (miljoenste, miljardste).
Andere getallen worden in principe in cijfers weergegeven.
Exacte waarden en symbolen, percentages en de nummers van hoofdstukken, paragrafen en figuren worden ook in cijfers weergegeven.
- Waarom moet je vaag taalgebruik in een scriptie voorkomen?
-
In academische teksten moet je zo precies mogelijk schrijven zodat de tekst wetenschappelijk, objectief en duidelijk is en niet op meerdere manieren geïnterpreteerd kan worden. Andere onderzoekers moeten op basis van jouw verslaglegging een onderzoek kunnen repliceren.
Leer daarom vaag taalgebruik herkennen en schrap het wanneer je het tegenkomt.
- Mag je de ik-, jij- of wij-vorm gebruiken in scripties?
-
In veel academische teksten mogen de ik-, jij- en wij-vorm niet gebruikt worden. Vaak mag dit wel in:
- het voorwoord van een scriptie of verslag
- een essay
- een reflectieverslag
- een stageverslag
- transcripten van interviews
- Hoe introduceer je afkortingen?
-
Je introduceert afkortingen door eerst de volledige term te noemen en vervolgens de afkorting tussen haakjes te plaatsen. Vanaf dat moment gebruik je alleen nog de afkorting.
- Welke werkwoordstijden gebruik je in je scriptie?
-
In principe gebruik je voor je scriptie de volgende werkwoordstijden:
- Samenvatting, theoretisch kader en methodologie: onvoltooid en voltooid tegenwoordige tijd en onvoltooid verleden tijd
- Inleiding: onvoltooid tegenwoordige tijd en onvoltooid verleden tijd
- Resultaten, conclusie en discussie: onvoltooid en voltooid tegenwoordige tijd