• FAQ
  • Over ons
    • Editors
    • Editor worden?
    • Team
    • Jobs
    • Contact
  • Admin
  • Mijn account
    • Orders
    • Uploaden
    • Account
    • Uitloggen
  • Mijn account
    • Overzicht
    • Beschikbaarheid
    • Informatiepakket
    • Account details
    • Uitloggen
  • Inloggen
  • Zoeken
Scribbr - Scriptie laten nakijken
  • Nakijken en begeleiding
    • Nederlands nakijken
    • Engels nakijken
    • Bronvermelding nakijken
    • Lay-out nakijken
    • Spellingscontrole
  • Plagiaat Checker
      • Plagiaat Checker
      • Zelfplagiaat Checker
      • Veelgestelde vragen
      • Prijzen
      • Start Plagiaat Check
  • Bronvermelding
      • Bronnengenerator
      • APA Checker
      • Bronvermeldingservice
      • Alles over APA
      • APA-handleiding
      • Samenvatting APA-stijl
      • Voorbeelden APA-stijl
  • Knowledge Base
Scribbr logo
Logo Scribbr - Icon only
  • Nakijken en begeleiding
  • Plagiaat Checker
  • Bronvermelding
  • Knowledge Base
  • FAQ
  • Over ons
  • Admin
  • Mijn account
  • Mijn account
  • Inloggen
Terug
  • Nederlands nakijken
  • Engels nakijken
  • Bronvermelding nakijken
  • Lay-out nakijken
  • Spellingscontrole
Terug
    • Plagiaat Checker
    • Zelfplagiaat Checker
    • Veelgestelde vragen
    • Prijzen
    • Start Plagiaat Check
Terug
    • Bronnengenerator
    • APA Checker
    • Bronvermeldingservice
    • Alles over APA
    • APA-handleiding
    • Samenvatting APA-stijl
    • Voorbeelden APA-stijl
Terug
  • Editors
  • Editor worden?
  • Team
  • Jobs
  • Contact
Terug
  • Orders
  • Uploaden
  • Account
  • Uitloggen
Terug
  • Overzicht
  • Beschikbaarheid
  • Informatiepakket
  • Account details
  • Uitloggen

Veelgestelde vragen

Bekijk ze allemaal
  1. Home
  2. Veelgestelde vragen
  3. Waar plaats je de inhoudsopgave?

Waar plaats je de inhoudsopgave?

In een scriptie of proefschrift wordt de inhoudsopgave na de samenvatting en het voorwoord geplaatst. Een eventuele figuren- en tabellenlijst wordt meestal na de inhoudsopgave geplaatst.


Veelgestelde vragen: Knowledge Base 2021

Wat is een synoniem voor mits?

Een synoniem voor mits is “op voorwaarde dat”, “alleen als”, of “als tenminste“.

Voorbeeld: Synoniemen voor mits
  • Ik ga mee naar het concert, mits er nog kaartjes zijn.
  • Ik ga mee naar het concert op voorwaarde dat er nog kaartjes zijn.
  • Tegan komt morgenavond thuis, mits ze het vliegtuig haalt.
  • Tegan komt morgen thuis, als ze tenminste het vliegtuig haalt.
Wat is een antoniem voor mits?

Een antoniem voor mits is “tenzij” of “behalve als”.

  1. Luca gaat morgen mee naar de bioscoop, mits hij op tijd klaar is met werk.
    • Dit betekent dat Luca van plan is om naar de bioscoop te gaan, op voorwaarde dat hij op tijd klaar is met werk. Hij gaat dus alleen mee als hij op tijd thuis is.
  2. Luca gaat morgen mee naar de bioscoop, tenzij hij op tijd klaar is met werk.
    • Dit betekent dat Luca van plan is om naar de bioscoop te gaan, behalve als hij op tijd klaar is met werk. Hierdoor is de betekenis van de zin omgedraaid.
  3. Luca gaat morgen niet mee naar de bioscoop, tenzij hij op tijd klaar is met werk.
    • Dit betekent dat Luca niet van plan is om naar de bioscoop te gaan, behalve als hij op tijd klaar is met werk. Hierdoor lijkt de betekenis weer op die van de eerste zin, maar er is nog een subtiel verschil. In het eerste geval is Luca van plan om te gaan als aan de voorwaarde van op tijd thuis zijn wordt voldaan. In het laatste geval is Luca niet van plan om te gaan, behalve als hij (onverwacht) wel op tijd klaar is met werk.
Is het sowieso of zowiezo?

De enige juiste spelling is sowieso. Zowiezo, zoiezo, zo ie zo, et cetera zijn allemaal verkeerd gespeld.

Wat is een synoniem voor sowieso?

Sowieso heeft verschillende synoniemen, namelijk “überhaupt“, “in elk geval”, “toch al” en “hoe dan ook”.

Voorbeeld: Synoniemen voor sowieso
  • Ik had sowieso al geen zin om naar het feest te gaan.
  • Ik had toch al geen zin om naar het feest te gaan.
  • Mark wil sowieso een salarisverhoging.
  • Mark wil hoe dan ook een salarisverhoging.
Wat is een synoniem voor door middel van?

Een synoniem voor door middel van is “met”, “door” of “middels”. Het gebruik van middels kan als ouderwets worden gezien, dus het is beter om dat synoniem te vermijden.

Voorbeelden: Synoniemen voor door middel van
  • De hypothesen zijn getoetst door middel van een experiment.
  • De hypothesen zijn getoetst met een experiment.
  • De hypothesen zijn getoetst middels een experiment. [formeel, ouderwets]
Wat is de afkorting van door middel van?

De afkorting van door middel van is d.m.v. met kleine letters die worden gescheiden door punten. In formele teksten, zoals een scriptie, is het beter om de afkorting voluit te schrijven.

Wat is insgelijks in het Engels?

De Engelse vertaling van insgelijks is likewise (formeel) of you too.

Insgelijks in het Engels
  • Veel succes! Insgelijks!
  • Good luck! Likewise!

Het gebruik van “you too” is vaak natuurlijker:

  • Good luck! You too!
Wat betekent eensgelijks?

Eensgelijks is een verkeerd gespelde variant op insgelijks, wat “van hetzelfde” of “evenzo” betekent.

Waarschijnlijk ontstaat de verwarring door het bestaan van andere termen met “eens”, zoals “eensgezind” en “eensgestemd”.

Is het daar in tegen of daarentegen?

De juiste spelling is daarentegen. Daar in tegen is nooit goed.

  • Laura houdt niet van nasi, Bas daarentegen is er gek op.
  • Laura houdt niet van nasi, Bas daar in tegen is er gek op.
Is het daar en tegen of daarentegen?

De juiste spelling is daarentegen, zonder spaties. Daar en tegen is een verkeerd gespelde variant.

  • Eline houdt van muziek tijdens het werk, Luuk daarentegen wil in stilte werken.
  • Eline houdt van muziek tijdens het werk, Luuk daar en tegen wil in stilte werken.
Wat is de afkorting van naar aanleiding van?

De afkorting van naar aanleiding van is “n.a.v.”, met kleine letters die gescheiden worden door punten. In formele of academische teksten, zoals een scriptie, is het beter om deze afkorting voluit te schrijven.

Is het na of naar aanleiding van ons telefoongesprek?

Het is naar aanleiding van ons telefoongesprek. “Naar aanleiding van” is een vaste constructie.

Wat is het tegenovergestelde van na?

Het tegenovergestelde van na is voor.

  • De docent wil graag dat de leerling na de les langskomt.
    • Dit betekent dat de docent de leerling wil zien als de les al is afgelopen.
  • De docent wil graag dat de leerling voor de les langskomt.
    • Dit betekent dat de docent de leerling wil zien nog voordat de les is begonnen.
Wat betekent naderhand?

Naderhand betekent “achteraf”, “later” of “daarna”. Na de hand (met spaties) is een onjuist gespelde variant.

  • Naderhand kon ik de laptopinstellingen nog aanpassen.
  • Naderhand ben ik toch nog teruggekomen op mijn standpunt.
  • Lorenzo heeft Molly naderhand niet meer gezien.
Hoe is de vorm “toendertijd” ontstaan?

De juiste spelling is toendertijd of toentertijd.

  1. Toen te der tijd is de oorspronkelijke, oudste spelling, waarbij een oude naamval zichtbaar is in het verbogen lidwoord “der”.
  2. Deze woordgroep werd samengetrokken tot toen ter tijd.
  3. Die woordgroep werd vervolgens weer samengetrokken tot toentertijd.
  4. Inmiddels is ook de vorm toendertijd met een “d” gangbaar. Deze vorm past beter bij de meest voorkomende uitspraak van het woord.
Wat betekent toen ter tijd?

Toen ter tijd is een niet langer correcte spelling van het woord toendertijd of toentertijd. Het betekent “toen”, “destijds” of “in die tijd”.

Is witte sneeuw een pleonasme of tautologie?

Witte sneeuw is een pleonasme (herhaling van een eigenschap die onlosmakelijk verbonden is met het woord). Een tautologie lijkt op een pleonasme, maar in dat geval gebruik je twee woorden die (nagenoeg) hetzelfde betekenen, zoals “ik ben blij en verheugd“.

“Witte” en “sneeuw” betekenen niet hetzelfde, dus het gaat niet om een tautologie. Witte is wel een eigenschap van sneeuw die onlosmakelijk verbonden is met het woord, dus het is een pleonasme.

Is groen gras een pleonasme of een tautologie?

Groen gras is een pleonasme (herhaling van een eigenschap die onlosmakelijk verbonden is met het woord). Een tautologie lijkt op een pleonasme, maar in dat geval gebruik je twee woorden die (nagenoeg) hetzelfde betekenen, zoals “ik ben nerveus en zenuwachtig“.

“Groen” en “gras” betekenen niet hetzelfde, dus het gaat niet om een tautologie. Groen is wel een eigenschap van gras die onlosmakelijk verbonden is met het woord, dus het is een pleonasme. Verder is “groen gras” door de herhaling van de beginletter “g” ook een alliteratie.

Is overnieuw een contaminatie?

Ja, overnieuw is een contaminatie. Het is een verhaspeling van “over” en “opnieuw.

Welke soorten zelfstandig naamwoorden zijn er?

Er zijn verschillende manieren waarop je onderscheid kunt maken tussen verschillende soorten zelfstandig naamwoorden. Een zelfstandig naamwoord kan ook in meerdere categorieën vallen of van categorie veranderen, afhankelijk van de context.

De belangrijkste soorten zijn:

  • Soortnamen en eigennamen
  • Telbare en ontelbare zelfstandig naamwoorden
  • Concrete en abstracte zelfstandig naamwoorden
  • Collectieve zelfstandig naamwoorden
Wat is het verschil tussen een zelfstandig naamwoord en een voornaamwoord?

Voornaamwoorden zijn woorden zoals “ik”, “zij” en “hij” die op eenzelfde manier worden gebruikt als zelfstandig naamwoorden. Ze worden ingezet om te verwijzen naar een zelfstandig naamwoord dat al genoemd is of om naar jezelf of andere personen te verwijzen.

Voornaamwoorden kunnen net als zelfstandig naamwoorden de kern van een naamwoordgroep vormen, en ze komen voor als onderwerp of object bij een werkwoord. In tegenstelling tot zelfstandig naamwoorden kunnen voornaamwoorden wel van vorm veranderen (bijvoorbeeld van “ik” naar “mij”) op basis van de grammaticale context waarin het woord voorkomt.

Welke 10 woordsoorten kent het Nederlands?

Het Nederlands kent 10 woordsoorten, namelijk:

  • Zelfstandig naamwoorden
  • Werkwoorden
  • Bijvoeglijk naamwoorden
  • Voornaamwoorden
  • Bijwoorden
  • Lidwoorden
  • Voorzetsels
  • Voegwoorden
  • Telwoorden
  • Tussenwerpsels
Wat is een synoniem voor “überhaupt”?

Een synoniem voor “überhaupt” is het andere Duitse leenwoord “sowieso“. Andere synoniemen zijn “toch al”, “hoe dan ook” en “over het algemeen”.

Wat is de Nederlandse vertaling van “überhaupt”?

“Überhaupt” is een Duits leenwoord dat gewoon gebruikt mag worden in het Nederlands (net als “sowieso“). Voor formele of academische teksten, zoals een scriptie, is het beter om een alternatief te kiezen, zoals “helemaal”, “toch al” of “over het algemeen”.

Wat betekent “Ik spreek überhaupt maar één woord Duits”?

“Ik spreek überhaupt maar één woord Duits” is een grapje van cabaretier Herman Finkers. Überhaupt is, net als sowieso, een Duits leenwoord, waardoor dus geïmpliceerd wordt dat “überhaupt” het enige Duitse woord is dat Herman Finkers kent.

Is het jou of jouw dag?

Jouw dag is correct. In dit geval wordt “jouw” gevolgd door een zelfstandig naamwoord en er is sprake van een bezitsrelatie.

Voorbeeld: Jou of jouw
  • Het is jou dag vandaag
  • Het is jouw dag vandaag
Is het hoe gaat het met jou of jouw?

Hoe gaat het met jou is correct. In dit geval is er geen sprake van een bezitsrelatie en “jou” wordt niet gevolgd door een zelfstandig naamwoord, dus de vorm zonder w is correct. Jou is hier een persoonlijk voornaamwoord.

Voorbeeld: Jou of jouw
  • Hoe gaat het met jouw?
  • Hoe gaat het met jou?
  • Hoe is het met jouw?
  • Hoe is het met jou?
Is het schikt het jou of jouw?

Schikt het jou is correct. In dit geval is er geen sprake van een bezitsrelatie en “jou” wordt niet gevolgd door een zelfstandig naamwoord, dus de vorm zonder w is correct. Jou is hier een persoonlijk voornaamwoord.

Voorbeeld: Jou of jouw
  • Schikt het jouw morgen?
  • Schikt het jou morgen?
    Is het bij jouw thuis of jou thuis?

    Bij jou thuis is correct. Jou is hier een persoonlijk voornaamwoord en thuis is hier een bijwoord (van plaats). In dit geval kun je “thuis” eigenlijk ook weglaten.

    Je kunt controleren of je jou of jouw moet gebruiken met een ezelsbruggetje. Als je het door “zijn” kunt vervangen, is het jouw (bezittelijk voornaamwoord). Als je het door “hem” kunt vervangen, is het jou (persoonlijk voornaamwoord).

    In dit geval kun je wel zeggen “bij hem thuis”, maar niet “bij zijn thuis”, dus moet het “jou” zijn.

    Wat is de afkorting van onder andere(n)?

    De afkorting van onder andere of onder anderen is o.a. Het maakt voor deze afkorting niet uit of je de vorm met of zonder -n gebruikt.

    In de meeste contexten is het prima om deze afkorting te gebruiken, maar in academische of formele teksten is het beter om onder andere(n) uit te schrijven.

    Wat is een synoniem voor onder andere(n)?

    Een synoniem voor onder andere of onder anderen is “onder meer“. Dit woord betekent ook “behalve andere dingen, ook”. Je schrijft onder meer altijd met een spatie.

    • De participanten werden onder andere geworven op de campus.
    • De participanten werden onder meer geworven op de campus.
    Wat is een synoniem voor onder meer?

    Een synoniem voor onder meer is onder andere of onder anderen. Je gebruikt “onder andere” als je naar zaken of dieren verwijst en “onder anderen” als je naar personen verwijst.

    Voorbeeld
    • Ik heb onder meer Veronique en Laetitia om hun mening gevraagd.
    • Ik heb onder anderen Veronique en Laetitia om hun mening gevraagd.
    • Saskia heeft onder meer een hond en kat.
    • Saskia heeft onder andere een hond en kat.
    Wat betekent ondermeer?

    Ondermeer is een verkeerd gespelde variant op onder meer, wat “onder andere(n)” betekent.

    De verwarring wordt mogelijk veroorzaakt door het verdwijnen van de spatie in andere vaste combinaties die veelvuldig gebruikt worden, zoals daarentegen of evenals.

    In die samengesmolten combinaties wordt het ene woord nadrukkelijker uitgesproken dan het andere woord. Er is sprake van een eenheidsaccent. Bij “onder meer” (en zonder meer) geldt dat beide woorden nadruk krijgen. Ze worden dus los geschreven.

    Wat betekent zondermeer?

    Zondermeer is een verkeerd gespelde variant op zonder meer, wat “absoluut”, “zonder twijfel” of “blindelings” betekent.

    De verwarring zou kunnen worden veroorzaakt door het verdwijnen van de spatie in andere vaste combinaties die vaak gebruikt worden, zoals evenals of daarentegen.

    In die samengesmolten combinaties wordt het ene woord nadrukkelijker uitgesproken dan het andere woord. Er is sprake van een eenheidsaccent. Bij “zonder meer” (en onder meer) geldt dat beide woorden nadruk krijgen. Ze worden dus los geschreven.

    Wat is een synoniem voor zonder meer?

    Een synoniem voor zonder meer is “absoluut”, “blindelings” of “zeker”.

    Voorbeeld
    • Ik heb zonder meer vertrouwen in jou.
    • Ik heb absoluut vertrouwen in jou.
    • Fatima kan zonder meer cum laude afstuderen.
    • Fatima kan zeker cum laude afstuderen.
    Is het “sommige van jullie” of “sommigen van jullie”?

    In de constructie “sommige(n) van” gebruik je “sommigen” als het gevolgd wordt door een persoonlijk voornaamwoord of een enkelvoudig zelfstandig naamwoord. Jullie is een persoonlijk voornaamwoord, dus “sommigen van jullie” is correct.

    • Sommige van jullie moeten je nog aanmelden.
    • Sommigen van jullie moeten je nog aanmelden.
    Tip
    Bekijk ons uitgebreide artikel over het gebruik van sommige of sommigen.
    Is het “sommige mensen” of “sommigen mensen”?

    De juiste vorm is sommige mensen.

    Het is moeilijk om te bepalen of je sommige of sommigen moet gebruiken. Je gebruikt sommigen met -n alleen als het woord zelfstandig gebruikt is en naar personen verwijst.

    In dit geval staat na “sommige” nog het zelfstandig naamwoord “mensen”, dus het is niet zelfstandig gebruikt. Daarom is de vorm zonder -n, sommige, correct.

    Is het de meeste of meesten van jullie?

    In de constructie “de meeste(n) van” gebruik je “meesten” als het gevolgd wordt door een persoonlijk voornaamwoord of een enkelvoudig zelfstandig naamwoord. Jullie is een persoonlijk voornaamwoord, dus “ de meesten van jullie” is correct.

    • De meeste van jullie moeten je nog aanmelden.
    • De meesten van jullie moeten je nog aanmelden.
    Tip
    Bekijk ons uitgebreide artikel over het gebruik van meeste of meesten.
    Is het de meeste of meesten van u?

    In de constructie “de meeste(n) van” gebruik je “meesten” als het gevolgd wordt door een persoonlijk voornaamwoord of een enkelvoudig zelfstandig naamwoord. U is een persoonlijk voornaamwoord, dus “ de meesten van u” is correct.

    • Ik heb, net zoals de meeste van u, nog geen update ontvangen.
    • Ik heb, net zoals de meesten van u, nog geen update ontvangen.
    Tip
    Bekijk ons uitgebreide artikel over het gebruik van meeste of meesten.
    Is het de meeste of meesten van ons?

    In de constructie “de meeste(n) van” gebruik je “meesten” als het gevolgd wordt door een persoonlijk voornaamwoord of een enkelvoudig zelfstandig naamwoord. Ons is een persoonlijk voornaamwoord, dus “de meesten van ons” is correct.

    • Sommige van ons hebben het tentamen niet gehaald.
    • Sommigen van ons hebben het tentamen niet gehaald.
    Tip
    Bekijk ons uitgebreide artikel over het gebruik van meeste of meesten.
    Is het jullie beide of beiden?

    De correcte vorm is “jullie beiden“, omdat “beiden” naar personen verwijst en zelfstandig gebruikt wordt (er volgt geen zelfstandig naamwoord).

    • Ik zie jullie beide na de les.
    • Ik zie jullie beiden na de les.
    Tip
    Bekijk ons uitgebreide artikel over het gebruik van beide of beiden.
    Is het beide of beiden personen?

    De correctie vorm is “beide personen”. Je gebruikt alleen de vorm “beiden” als het:

    • Naar personen verwijst;
    • Zelfstandig gebruikt is (er volgt geen zelfstandig naamwoord op “beide(n)”).

    In het geval van “beide personen”:

    • Verwijst het wel naar mensen/personen
    • Is het niet zelfstandig gebruikt, want het zelfstandig naamwoord “personen” staat direct achter het woord “beide”.

    Daarom is “beiden personen” niet correct.

    Tip
    Lees ook ons volledige artikel over het gebruik van beide of beiden.
    Is het een weids uitzicht of wijds uitzicht?

    Weids en wijds zijn twee woorden die hetzelfde worden uitgesproken, maar iets anders betekenen. In de vaste uitdrukking “een weids uitzicht” is de vorm met korte ei correct.

    Wat is een synoniem voor uitwijden?

    Uitweiden en uitwijden zijn woorden die hetzelfde worden uitgesproken, maar iets anders betekenen. Een synoniem voor “uitwijden” is “wijder maken” of “uitzetten”.

    • Door de hitte kan het metaal uitwijden/uitzetten.
    • Ik kan de jurk uitwijden/wijder maken.
    Wat is een synoniem voor uitweiden?

    Uitweiden en uitwijden zijn woorden die hetzelfde worden uitgesproken, maar iets anders betekenen. Een synoniem voor uitweiden is “uitvoerig praten” of “afdwalen”.

    Wat is een synoniem voor inwijden?

    Inwijden en inweiden zijn twee woorden die hetzelfde worden uitgesproken, maar iets anders betekenen. Een ander woord voor inwijden is “zegenen”, “inhuldigen” of “in gebruik nemen”.

     

    Is het eerder dan of als?

    De correcte vorm is eerder dan. Er is hier sprake van een ongelijkheid, waardoor je “dan” moet gebruiken.

    Is het kleiner dan of als?

    De correcte vorm is kleiner dan. Het gaat hier om een vergelijking met een vergrotende trap (kleiner), waardoor je “dan” moet gebruiken.

    Is het langer dan of als?

    De correcte vorm is langer dan. Het gaat hier om een vergelijking met een vergrotende trap (langer), waardoor je “dan” moet gebruiken.

    Wat is een aliteratie?

    Een alliteratie is een vorm van rijm waarbij dezelfde beginletter een aantal keer achter elkaar wordt herhaald. Aliteratie met één l is een verkeerd gespelde variant op dit woord.

    Wat is het verschil tussen een alliteratie en een anafoor?

    Een alliteratie is een vorm van rijm waarbij dezelfde beginletter een aantal keer achter elkaar wordt herhaald. Een anafoor is een herhaling van een of meerdere woorden in één of meerdere zinnen.

    Voorbeeld: alliteratie vs anafoor
    • Alliteratie: Liesje leerde Lotje lopen langs de lange Lindelaan.
    • Anafoor: Niemand die het ziet. Niemand die het hoort. Niemand die het merkt.
    Wat is een dysfemisme?

    Een dysfemisme is het tegenovergestelde van een eufemisme. Hierbij beschrijf je iets op een grovere of aanstootgeverende manier dan nodig is, terwijl je bij een eufemisme verzachtende termen gebruikt.

    Voorbeeld: Dysfemisme vs eufemisme
    • Neutrale term: dik
    • Eufemisme: gezet, vol
    • Dysfemisme: vet
    Wat is de herkomst van het woord eufemisme?

    Eufemisme is afgeleid van het Oudgriekse εὖ (“goed”) en φήμη (“bericht”). Een eufemisme is een zachtere, minder grove manier om iets hards of onaangenaams te beschrijven.

    Wat is een contradictio in terminus?

    Contradictio in terminus is de verkeerde spelling van contradictio in terminis. Dit stijlfiguur bestaat uit een verbinding van twee woorden die onmogelijk is. Vaak wordt een contradictio in terminis bewust gebruikt om ironie over te brengen.

    • Een humane oorlog (oorlogen zijn nooit humaan)
    • Duitse humor (ironisch bedoeld: Duitsers staan niet bekend om hun gevoel voor humor)
    Is een contradictio in terminis een stijlfout?

    Over het algemeen genomen wordt een contradictio in terminis gezien als stijlfiguur en niet als stijlfout, omdat sprekers en schrijvers er vaak bewust gebruik van maken. Een doel van dit stijlfiguur is het overbrengen van ironie.

    Voor academische teksten, zoals een scriptie, wordt het gebruik van een contradictio in terminis doorgaans afgeraden, maar het stijlfiguur is populair onder schrijvers van opinieartikelen. Ook wordt het stijlfiguur vaak gebruikt in alledaagse gesprekken.

    Wat is de Nederlandse vertaling van past participle?

    Past participle kan in het Nederlands worden vertaald naar “voltooid deelwoord”.

    Wat is de past participle van “run”?

    De past participle van “run” is “run“. Aangezien “run” een onregelmatig werkwoord is, wordt het voltooid deelwoord niet gevormd door het suffix -ed toe te voegen. De past simple (onvoltooid verleden tijd) van “run” is “ran”.

    Wat is de past participle van “ride”?

    De past participle van “ride” is “ridden“. Aangezien “ride” een onregelmatig werkwoord is, wordt het voltooid deelwoord niet gevormd door het suffix -ed toe te voegen. De past simple (onvoltooid verleden tijd) van “ride” is “rode”.

    Wat is het doel van een risicoanalyse?

    Met een risicoanalyse breng je de interne en/of externe risicofactoren van een bedrijf, organisatie of bepaald project in kaart. Hierbij stel je per bedreiging vast hoe groot de kans is dat het risico werkelijkheid wordt en welke consequenties dat zou hebben voor het bedrijf of project. Tot slot bepaal je de maatregelen om de risico’s te beperken.

    Waar in de scriptie plaats je het nawoord?

    Als je ervoor kiest een nawoord toe te voegen aan je scriptie, plaats je dit hoofdstuk vlak voor de literatuurlijst.

    Waarvoor wordt een nawoord gebruikt?

    Een nawoord is een terugblik op de periode van het schrijven van je scriptie of onderzoek. Je vertelt over je ervaringen en wat je hebt geleerd. In je nawoord kun je tevens mensen bedanken als je dit nog niet hebt gedaan in een voorwoord of dankwoord.

    Waar komen de aanbevelingen te staan?

    Je aanbevelingen worden meestal in een apart hoofdstuk opgenomen, na je conclusie en discussie. Je kunt ze ook opnemen in een apart adviesrapport als je opdrachtgever daarom vraagt.

    Welke informatie neem je op in het hoofdstuk met aanbevelingen?

    In de aanbevelingen geef je je opdrachtgever adviezen over het vraagstuk dat je hebt onderzocht. Je beschrijft welke concrete oplossingen mogelijk zijn op de korte en/of lange termijn en welke maatregelen jij aanraadt op basis van je onderzoek.

    In welk hoofdstuk voeg je de leeswijzer toe?

    De leeswijzer om de structuur van je scriptie te verduidelijken plaats je in de inleiding. Je kunt dit onderdeel eventueel opnemen in een aparte paragraaf op het eind van de inleiding.

    Waarvoor wordt een leeswijzer gebruikt?

    De leeswijzer in de inleiding van je scriptie verduidelijkt de structuur van je scriptie. Hierin beschrijf je kort welke informatie ieder hoofdstuk bevat, zodat je lezers kunnen vinden wat ze zoeken en weten wat ze kunnen verwachten.

    Is een figuren- of tabellenlijst verplicht?

    Een figuren- en tabellenlijst is vaak niet verplicht, maar wordt wel geadviseerd als je van veel figuren of tabellen gebruikmaakt en je scriptie aan de lange kant is.

    Waarvoor wordt een figuren- en tabellenlijst gebruikt?

    In de figuren- en tabellenlijst staan alle in je scriptie gebruikte figuren en tabellen met het bijbehorende paginanummer opgesomd. Deze lijsten zorgen ervoor dat de lezer een overzicht heeft en snel kan zien op welke plek in je scriptie je bepaalde figuren en tabellen gebruikt.

    Wanneer voeg je een begrippenlijst toe aan je scriptie?

    Je voegt een begrippenlijst toe als deze de leesbaarheid van je scriptie vergroot. Maak je bijvoorbeeld gebruik van veel technische termen, dan is het aan te raden om een begrippenlijst toe te voegen. Als je slechts enkele begrippen definieert, is de lijst overbodig.

    Waar in de scriptie plaats je de afkortingenlijst?

    Je plaatst de afkortingenlijst direct na je inhoudsopgave. Zo kan de lezer op een vaste plaats de betekenis van afkortingen opzoeken.

    Waarvoor wordt een begrippenlijst gebruikt?

    In de begrippenlijst van je scriptie vermeld je alfabetisch belangrijke begrippen en hun definities. Op deze manier kan de lezer deze makkelijk terugvinden zonder te hoeven terugzoeken in de scriptie.

    Waarvoor wordt een afkortingenlijst gebruikt?

    In de afkortingenlijst, ook wel verklaring van afkortingen genoemd, vermeld je alfabetisch afkortingen van belangrijke begrippen in je scriptie. Op deze manier kan de lezer deze makkelijk terugvinden.

    Mag je de ik-vorm of wij-vorm gebruiken in je voorwoord?

    De ik-vorm of wij-vorm is toegestaan in het voorwoord. Meestal mag je deze vormen niet gebruiken in academische teksten, maar door het persoonlijke karakter van een voorwoord zijn de ik- en wij-vorm het meest gebruikelijk in dit onderdeel.

    Mag je de lezer aanspreken in je voorwoord?

    In het voorwoord mag je de lezer direct aanspreken met “je” of “u’. In academische teksten is de je-vorm in de regel niet toegestaan, maar in het persoonlijke voorwoord is dit dus wel gebruikelijk.

    Waarvoor gebruik je een voorwoord?

    In je voorwoord kun je ingaan op de aanleiding voor het schrijven van je scriptie, je persoonlijke achtergrond, ervaringen tijdens het schrijven en de doelgroep van je scriptie. Daarnaast is dit de plek om mensen te bedanken die je met je scriptie hebben geholpen als je geen los dankwoord schrijft.

    Wanneer kies je voor een dankwoord?

    In de meeste gevallen kies je alleen voor een los dankwoord als je heel veel mensen wilt bedanken. Bij een scriptie is dit meestal niet het geval, waardoor je het dankwoord beter kunt opnemen in je voorwoord.

    Waar plaats je het dankwoord in je scriptie?

    Als je een los dankwoord schrijft, plaats je deze:

    • na de titelpagina (of na de informatiepagina en het voorwoord als deze er zijn)
    • voor je samenvatting.

    Je begint je dankwoord met een korte inleiding van vier tot zeven regels.

    Wanneer gebruik je een informatiepagina?

    Je kunt gebruikmaken van een informatiepagina als:

    • het titelblad mooi is vormgegeven en die extra informatie afbreuk doet aan je titelpagina.
    • je wilt dat de titel centraal staat en lezers niet afgeleid kunnen worden door extra informatie.
    • de onderwijsinstelling een informatiepagina voorschrijft.
    Welke informatie staat op de informatiepagina van een scriptie?

    Op de informatiepagina vermeld je de titel (en ondertitel), evenals belangrijke informatie over jezelf (naam, studentenadministratienummer en e-mail), jouw begeleiders en de opleiding. Je sluit af met de datum waarop de scriptie wordt ingeleverd.

    Welke eigenschappen heeft een goede titel?

    Een goede titel geeft kort en krachtig de inhoud van je scriptie weer. Je geeft informatie over het onderwerp door sleuteltermen te gebruiken en probeert de lezer enthousiast te maken voor je tekst.

    Hoe bedenk je een prikkelende titel?

    Een pakkende titel op de titelpagina moet onder andere de interesse van je lezer prikkelen. Dit kun je doen door:

    • simpelweg te schrijven waar je scriptie over gaat
    • in lichte mate te provoceren
    • een bekend citaat te gebruiken
    • aan te geven waar je onderzoek een nieuw licht op werpt
    • een interessante woordspeling te gebruiken
    • actief te schrijven
    Wat is de functie van het woordje “er”?

    Het woordje “er” kan verschillende functies vervullen in een zin.

    • Als “er” gebruikt wordt als plaatsaanduiding of in combinatie met een voorzetsel, mag je het niet weglaten.
    • Als onderwerp van een passieve zin, als voorlopig onderwerp en in combinatie met een telwoord mag “er” worden gebruikt, maar het is vaak beter om een andere formulering te kiezen.

    In andere gevallen mag of moet “er” worden weggelaten.

    Waarom is “me” als bezittelijk voornaamwoord fout?

    Mijn is een bezittelijk voornaamwoord. Me is de onbenadrukte vorm van mij, zoals in “ik heb me vergist” en is nooit een bezittelijk voornaamwoord. Informele bezittelijke voornaamwoorden, zoals “m’n”, gebruik je nooit in academische teksten. “Mij” mag alleen gebruikt worden als er een voorzetsel voor staat: “dit onderzoek is van mij”.

    Wat is een bezittelijk voornaamwoord?

    Bezittelijke voornaamwoorden zijn woorden als hun, haar, zijn, mijn, jouw en ons. Ze geven een bezitsrelatie aan tussen een persoon en een zelfstandig naamwoord.

    Wat is een bijvoeglijk naamwoord?

    Een bijvoeglijk naamwoord (adjectief) is een woord dat iets zegt over een zelfstandig naamwoord. Zo kan een bijvoeglijk naamwoord een eigenschap (kenmerk) of toestand beschrijven.

    • De rode auto
    • De vermoeide vrouw
    • De vertraagde trein

    Woorden die iets zeggen over een ander soort woord, zoals een werkwoord of de gehele zin, zijn geen bijvoeglijk naamwoorden, maar bijwoorden.

    Wat is een congruentiefout?

    Het onderwerp van een zin moet altijd corresponderen met de persoonsvorm. Als dat niet gebeurt, is er sprake van een congruentiefout.

    • Voor deze variabele geldt dat 64,5% het ermee eens zijn.
    • Voor deze variabele geldt dat 64,5% het ermee eens is.
    Welk lidwoord moet je gebruiken?

    Ieder woord is vrouwelijk, mannelijk of onzijdig. Daar hoort een vast lidwoord bij. Het woordgeslacht zie je aan een (o), (m) of (v) achter het woord in het woordenboek.

    Bij onzijdige woorden gebruik je altijd het lidwoord “het” of “een”. Mannelijke en vrouwelijke woorden krijgen altijd “de” of “een” als lidwoord.

     

    Hoe introduceer je Engelse woorden in Nederlandse scripties?

    Je mag Engelse woorden gebruiken zonder ze te cursiveren of tussen aanhalingstekens te zetten, behalve als de kans groot is dat de lezer ze niet kent. In dat geval kun je de Engelse termen introduceren door ze te cursiveren.

    Welke voorzetsels moet je vermijden?

    Als je een tekst schrijft, is het makkelijk om voorzetseluitdrukkingen en vage voorzetsels zoals “middels” of “omtrent” te gebruiken, want ze passen in bijna elke zin.

    Maar ze kunnen je tekst ook omslachtig en vaag maken. Gebruik ze daarom zo weinig mogelijk.

    Wat is een voorzetsel?

    Voorzetsels zijn woorden zoals op, onder, in, door, behalve, tussen en tegen. Ze geven de relatie (bijvoorbeeld tijd, plaats of reden) aan tussen het woord waar ze voor staan en de andere woorden in de zin: tijdens de vakantie, in de scriptie, vanwege het slechte weer.

    Wat is een contaminatie?

    Een contaminatie is een verhaspeling van twee uitdrukkingen (of woorden) die samenhangen. Hierdoor ontstaat een nieuw woord of een nieuwe uitdrukking. Voorbeelden hiervan zijn:

    • Optelefoneren (opbellen en telefoneren)
    • Mond-op-mondreclame (mond-op-mondbeademing en mond-tot-mondreclame)

    Twee andere bekende stijlfouten zijn een pleonasme of tautologie.

    Hoe voorkom je foutieve samentrekkingen?

    Om te voorkomen dat je foutieve samentrekkingen gebruikt, moeten de weggelaten woorden:

    • dezelfde betekenis hebben;
    • dezelfde grammaticale functie hebben;
    • hetzelfde getal hebben (allebei enkelvoud of meervoud);
    • op de juiste plek in de zin staan;
    • in zinnen van gelijke rang staan.
    Wat is een samentrekking?

    Iets is een samentrekking als een deel van een woord, een woord of meerdere woorden worden weggelaten in een zin. Bij een woordafbreking wordt een streepje neergezet zodat je weet waar iets is weggelaten.

    Wanneer gebruik je een puntkomma?

    Een puntkomma gebruik je tussen twee hoofdzinnen en bij opsommingen. Hiermee geef je aan dat de twee losse zinnen met elkaar verbonden zijn. In veel gevallen kan een puntkomma ook worden vervangen door een punt.

    Na een puntkomma volgt nooit een hoofdletter, tenzij dat woord altijd met een hoofdletter wordt geschreven (zoals een naam).

    Waarvoor gebruik je een dubbele punt?

    De dubbele punt gebruik je direct voor een opsomming, citaat of uitleg.

    De dubbele punt betekent in het eerste deel van de zin meestal “het volgende” of “als volgt” en in het tweede deel van de zin meestal “namelijk”, “want” of “immers”.

    Gebruik je hoofdletters bij opsommingen?

    Als een opsomming uit volledige zinnen bestaat, horen de zinnen met een hoofdletter te beginnen. Bestaat de opsomming uit woordgroepen of losse woorden dan worden kleine letters gebruikt.

    De enige uitzondering zijn woorden die altijd met een hoofdletter worden geschreven.

    Waar moet je op letten bij opsommingen?

    Zorg er bij iedere opsomming voor dat:

    • de opsommingspunten logisch volgen op de inleidende zin;
    • de juiste leestekens worden gebruikt;
    • het hoofdlettergebruik klopt;
    • de opsommingspunten dezelfde zinsstructuur hebben.
    Waarvoor worden komma’s gebruikt?

    Komma’s gebruik je om een tekst beter leesbaar te maken. Een komma staat voor een rustpunt in de zin.

    Je plaatst meestal een komma als je een pauze hoort in een zin als je deze hardop voorleest. In sommige gevallen moet je altijd een komma gebruiken, en in andere gevallen juist niet. Soms moet je eerst de context snappen om te weten of een komma aan de orde is.

    Wat is de functie van lange zinnen?

    Lange zinnen gebruik je voor:

    • Het uitwerken van een hypothese/ stelling.
    • Het geven van gedetailleerde beschrijvingen en achtergrondinformatie.
    • Zaken die je ‘terzijde’ moet beschrijven.
    • Voor opsommingen van oorzaken, kenmerken, redenen en resultaten.
    Wat is de functie van korte zinnen?

    Korte zinnen gebruik je voor:

    • Een pakkende introductie van je onderwerp
    • Hypotheses
    • Nieuwe argumenten ter onderbouwing van een hypothese/ stelling
    • Concluderende of samenvattende statements
    • Passages die de nadruk krijgen
    • Informatie die op moet vallen en onthouden moet worden
    Wat is een verwijswoord?

    Een verwijswoord wordt gebruikt om naar andere woorden, woordgroepen of hele zinnen te verwijzen. Hiermee zorg je voor variatie in de tekst. Hetgeen waarnaar je verwijst, wordt het antecedent genoemd.

     

    Waar plaats je belangrijke informatie in een zin?

    Je presenteert belangrijke (of nieuwe) informatie aan het eind van de zin (niet per se het allerlaatste woord). Het accent ligt op deze plaats in de zin, waardoor informatie opvalt.

    Hoe start je een zin op de goede manier?

    Het is belangrijk dat je informatie eerst inleidt. Je kunt dit doen door de zin te beginnen met informatie waarvan je kunt veronderstellen dat deze:

    • algemeen bekend is;
    • vertrouwd is;
    • zojuist nog aan de orde is geweest;
    • algemeen inleefbaar is.
    Mag je een fout in een citaat verbeteren volgens de APA-stijl?

    Als je de APA-richtlijnen volgt, mag je spelfouten in citaten niet zomaar verbeteren. In plaats daarvan zet je [sic] achter de fout om aan te geven dat je deze gezien hebt en dat je deze niet zelf geïntroduceerd hebt.

    Van Wijck zegt hierover: “Ik vind vind [sic] dat millennials beter getraind moeten worden.”
    Schrijf je tussenvoegsels met hoofdletters?

    De voor- en achternaam van personen schrijf je met hoofdletters. Als de achternaam begint met een tussenvoegsel, krijgt dat tussenvoegsel ook een hoofdletter als het vooraan staat: De Vries, Van der Laan.

    Tussenvoegsels zoals de, van, el of da krijgen een kleine letter als er voorletters, een voornaam, een ander tussenvoegsel, of de achternaam van de partner voor staan: B. de Vries, Gert van der Laan, Caro Blok-de Lint, Van de Geijn. In scripties is het gebruikelijk om alleen achternamen te noemen.

    Wanneer gebruik je een hoofdletter?

    Hoofdletters gebruik je in twee situaties: aan het begin van een zin en bij namen.

    Je gebruikt ze bij namen van personen, bedrijven, instellingen, merken, wetten, boeken, aardrijkskundige plaatsen, talen, dialecten, volkeren, feestdagen en historische gebeurtenissen. Ook afleidingen van eigennamen en eigennamen in samenstellingen schrijf je met een hoofdletter.

    Wat is een samenstelling?

    Een samenstelling is een combinatie van woorden die samen weer een nieuw woord vormen. Voorbeelden hiervan zijn:

    • fietstas (fiets + tas)
    • kaasschaaf (kaas + schaaf)
    • kipburger (kip + burger)

    In het Nederlands schrijf je samenstellingen aan elkaar, terwijl je in het Engels een spatie gebruikt.

    Hoe voorkom je spelfouten?

    Het is een goed idee om je tekst te controleren met een spellingchecker als je veel algemene spelfouten maakt. Een spellingchecker lost echter niet altijd alle problemen op en geeft af en toe zelfs een verkeerd advies.

    Als je echt veel moeite hebt met spelling, kun je daarom beter je tekst laten nakijken door een professional. Scribbr biedt een nakijkservice, waarbij een taalexpert je scriptie nakijkt en verbetert.
    Hoe bepaal je de stam van een werkwoord?

    Je bepaalt de stam van een werkwoord door -en van het hele werkwoord af te halen.

    • vrez- is de stam van vrezen
    • gev- is de stam van geven
    • bepal- is de stam van bepalen
    • klaarmak- is de stam van klaarmaken
    • antwoord- is de stam van antwoorden

    In veel gevallen is de ik-vorm gelijk aan de stam, maar niet altijd. Ga daarom nooit uit van de ik-vorm.

    Wat is ’t ex-kofschip?

    Als de laatste letter van de stam van het werkwoord voorkomt in “‘t exkofschip“, zoals bij de stam van het werkwoord werken (werk), dan eindigt het voltooid deelwoord op een –t: gewerkt.

    Als de laatste letter van de stam van het werkwoord niet voorkomt in “’t ex-kofschip”, zoals bij het werkwoord zagen (stam is zag-, g zit niet in ’t exkofschip), dan eindigt het voltooid deelwoord op een –d: gezaagd.

    Let op: De ik-vorm is niet altijd hetzelfde als de stam. Bepaal daarom altijd de stam van het werkwoord door -en van het hele werkwoord af te halen.

    Hoe herken je een voltooid deelwoord?

    Het voltooid deelwoord van regelmatige werkwoorden wordt meestal gevormd door het prefix ge-, ver- of be- aan het werkwoord toe te voegen en door een –d of een –t aan het einde van het werkwoord te plakken, zoals bij ge-werk-t of be-antwoor-d.

    Ook staat er een hulpwerkwoord in de zin (een vorm van “hebben” of “zijn”).

    Is het “vindt jij” of “vind jij”?

    Als je een vraag stelt met de je- of jij-vorm, voeg je geen -t toe aan de stam, zoals “ga jij?” of “neem jij?”

    Bij een werkwoord waarvan de stam eindigt op een -d hoor je echter niet dat je de -t moet weglaten, maar zo’n werkwoord vervoeg je wel precies hetzelfde als andere werkwoorden in de vragende vorm.

    Fout Goed
    Vindt je dat ook zo lastig? Vind je dat ook zo lastig?
    Antwoordt je nog? Antwoord je nog?
    Waar kan ik voorbeelden van scripties vinden?

    Je kunt veel voorbeelden van scripties vinden in gratis toegankelijke, online scriptiebanken (scriptie-databases). Deze worden meestal beheerd door een universiteit of hogeschool en bevatten (bijna) alle scripties en proefschriften die studenten hebben geschreven.

    Raadpleeg ook ons artikel met scripties die prijzen hebben gewonnen voor scripties van bijzonder goede kwaliteit.
    Wat is een scriptiebank?

    Een scriptiebank wordt vaak beheerd door een universiteit of hogeschool, en bevat (bijna) alle scripties en proefschriften die geschreven zijn door studenten. Scriptiebanken kunnen over het algemeen gratis worden gebruikt, waardoor onderwijsinstellingen bijdragen aan gratis, online toegang tot wetenschappelijke kennis.

    Wat is wetenschappelijke relevantie?

    Met een wetenschappelijk relevant onderzoek draag je bij aan het bevorderen van de beschikbare wetenschappelijke kennis door bijvoorbeeld:

    • een gat (hiaat) in de literatuur op te vullen
    • een theoretisch probleem te helpen oplossen
    • aan bestaande literatuur bij te dragen
    • een nieuw perspectief op het onderwerp te introduceren

    Als je een universitaire opleiding volgt, moet je de wetenschappelijke relevantie (ook wel theoretische relevantie genoemd) van je onderzoek bewijzen. Vaak is je onderzoek daarmee ook praktisch relevant.

    Je kunt ervoor zorgen dat je onderzoek wetenschappelijk relevant is door na te gaan waar nog geen onderzoek naar gedaan is. Je kunt bijvoorbeeld kijken naar (nog niet uitgevoerde) vervolgonderzoeken die worden aangeraden in de discussie van wetenschappelijke artikelen of andere scripties.

    Wat is maatschappelijke of praktische relevantie?

    Een praktisch of maatschappelijk relevant onderzoek draagt bij aan de oplossing voor een probleem, waardoor je bijdraagt aan de maatschappij.

    In een maatschappelijk of praktisch relevant onderzoek wil je onder andere:

    • nuttige conclusies trekken over de huidige stand van zaken;
    • testen of een bepaalde methode werkt of niet;
    • leiden tot aanbevelingen om een probleem op te lossen.
      Hoe beschrijf je de afbakening in je scriptie?

      Je kunt je onderzoek op de volgende manier afbakenen:

      • In je inleiding geef je aan op welk onderwerp je precies ingaat
      • In het theoretisch kader geef je de definities van bepaalde termen. Dit is de begripsafbakening.
      • In de methodologie ga je in op de inclusie- en exclusiecriteria.
      • In de conclusie en/of discussie kun je nog eens duidelijk aangeven op welk afgebakend onderwerp je onderzoeksresultaten en conclusie betrekking hebben.
      Waarom moet je je onderzoek afbakenen?

      Door je onderzoek goed af te bakenen:

      • weet je precies wat je onderzoekt en of je onderzoek haalbaar is;
      • wordt het gemakkelijker om de probleemstelling en doelstelling te beschrijven;
      • kun je eenvoudiger een hoofdvraag en deelvragen formuleren;
      • verhoog je de betrouwbaarheid en validiteit van je onderzoek.
      Wat is het doel van een probleemanalyse?

      Het doel van een probleemanalyse is om je onderwerp te verkennen en af te bakenen, zodat je vervolgens een specifieke probleemstelling en doelstelling kunt formuleren. Ook helpt de probleemanalyse je op weg om de juiste hoofd- en deelvragen op te stellen.

      Wat is een probleemanalyse?

      De probleemanalyse (ook wel probleemoriëntatie of probleemverkenning genoemd) is een van de belangrijkste stappen in het scriptieproces.

      Tijdens je probleemanalyse oriënteer je je op het onderwerp en probeer je dit zo goed mogelijk af te bakenen. Je begint hierbij met een globaal vraagstuk dat zowel praktisch als theoretisch kan zijn.

      Wat is een hoofdvraag?

      De hoofdvraag is de centrale onderzoeksvraag van je scriptie. Deze stel je op met behulp van de probleemstelling die je weer met behulp van de probleemanalyse hebt opgesteld.

      Je beantwoordt de hoofdvraag met behulp van deelvragen of hypothesen, zodat je stap voor stap een antwoord kunt formuleren.

      Wat is een doelstelling?

      Op basis van je probleemanalyse en probleemstelling formuleer je een doelstelling waarmee je aangeeft wat je met het onderzoek wilt bereiken.

      Zo kan je doelstelling voor je scriptie onder andere gericht zijn op:

      • wat de oorzaken zijn van een probleem;
      • wat de gevolgen zijn van een probleem;
      • hoe het probleem in verband staat met een ander fenomeen;
      • wat een negatieve of positieve invloed heeft op het probleem;
      • waarmee het probleem mogelijk voorkomen kan worden;
      • hoe het probleem in verband staat met interne en externe factoren.
      Waar presenteer je de probleemstelling?

      Je introduceert de probleemstelling in je introductie (inleiding), maar ook kort in de samenvatting. Verder moet je vaak een probleemstelling opnemen in je plan van aanpak, onderzoeksvoorstel, stageverslag of adviesrapport.

      Hoe maak je een goede probleemstelling?

      Een goede probleemstelling is bondig, concreet en:

      • Plaatst het probleem binnen de juiste context
      • Beschrijft precies waar het onderzoek over gaat (bakent af)
      • Toont de relevantie van het probleem aan
      • Stuurt aan naar het doel van het onderzoek

      Het is verstandig om je probleemstelling te baseren op een probleemanalyse of oriëntatie tijdens je vooronderzoek.

      Wat is een probleemstelling?

      In de probleemstelling geef je aan welk probleem of vraagstuk moet worden onderzocht. Dit onderdeel wordt vaak opgenomen in de introductie (inleiding). Eventueel kun je hiervoor een aparte paragraaf gebruiken.

      Je baseert je doelstelling en hoofdvraag op basis van je probleemstelling.

      Hoeveel deelvragen moet je opstellen?

      Er is geen vast aantal deelvragen dat je moet opstellen. Wel is het zo dat hoe complexer je onderwerp is, hoe meer deelvragen je nodig zult hebben. Probeer je te beperken tot 4 à 5 deelvragen.

      Als je er (veel) meer nodig hebt, moet je wellicht je hoofdvraag vereenvoudigen of beter afbakenen.

      Wat is een deelvraag?

      Deelvragen zijn de subvragen van je hoofdvraag. Vaak kun je de officiële onderzoeksvraag van je scriptie of onderzoek niet in één keer beantwoorden. Daarom gebruik je deelvragen die zich op een kleiner deel van je onderzoeksvraag focussen.

      De antwoorden op al je deelvragen leiden tot de beantwoording van je hoofdvraag.

      Waarvoor wordt het 5w- of 6-w-model van Ferrell gebruikt?

      Het 5w- of 6w-model van Ferrell is een methode om meer inzicht te krijgen in het gedrag en de wensen van klanten. Door de 5 w’s (wie, wat, waar, wanneer en waarom) mee te nemen in je marktonderzoek, voer je een gedegen afnemersanalyse uit. De uitkomsten kunnen eventueel ook dienen als input van je SWOT-analyse.

      Waarvoor wordt het waardestrategiemodel van Treacy en Wiersema gebruikt?

      Het waardestrategiemodel, ook wel waardedisciplinemodel, van Treacy en Wiersema wordt gebruikt om een marketingplan op te stellen, zodat een bedrijf zich kan onderscheiden van de rest.

      Hierbij kies je prominent voor een van de drie waardestrategieën, maar je zorgt er ook voor dat de andere twee niet worden verwaarloosd. Het doel is om uit te blinken in één strategie, en de overige twee voldoende te onderhouden.

      Wat zijn de waardestrategieën van Treacy en Wiersema?

      Treacy en Wiersema spreken van drie waardestrategieën in hun waardestrategiemodel:

      • Product leadership: Als een bedrijf zich richt op deze strategie, dan richt dit bedrijf zich op de ontwikkeling en innovatie van producten of diensten.
      • Customer intimacy: Als een bedrijf vooral klantgericht is, dan richt het zich op een langdurige klantrelatie.
      • Operational excellence: Een bedrijf dat zich richt op operationele uitmuntendheid optimaliseert zijn processen, van inkoop tot aflevering, om de kosten zo laag mogelijk te houden.
      Wat is het 7S-model van McKinsey?

      Voor de interne analyse van een bedrijf gebruik je het 7S-model van McKinsey. Je achterhaalt hiermee of de harde elementen (structuur, strategie en systemen) en de zachte elementen (staf, sleutelvaardigheden, stijl en significante waarden) in overeenstemming zijn.

      Wat zijn de vier soorten organisatiedoelstellingen?

      Er zijn vier organisatiedoelstellingen:

      1. Strategische doelstellingen (strategic): doelen die zijn bedoeld om je missie en visie te verwezenlijken.
      2. Operationele doelstellingen (operations): de effectiviteit en efficiëntie van processen.
      3. Doelstelling met betrekking tot de informatievoorziening (reporting): de betrouwbaarheid van de interne en externe informatievoorziening.
      4. Doelstellingen met betrekking tot de naleving van wet- en regelgeving en richtlijnen (compliance): in hoeverre relevante wet- en regelgeving worden nageleefd.
      Wat is het COSO-ERM model?

      Het COSO-ERM-model uit 2004 is een risicomanagementmodel waarmee je de relaties tussen risicocategorieën kunt identificeren om te bepalen in hoeverre een organisatie controle heeft over de situatie, oftewel in control is. Op basis van dit model kun je aanbevelingen doen om het risicomanagement te verbeteren.

      Waarvoor wordt het SERVQUAL-model gebruikt?

      Je kunt het SERVQUAL-model gebruiken om te achterhalen hoe consumenten de kwaliteit van de dienstverlening ervaren. Hiervoor gebruik je vijf dimensies. Zo kun je bepalen welke gaps het verschil tussen de klantverwachting en klantervaring veroorzaken.

      Je kunt het model handig toepassen als:

      • een bedrijf niet precies weet wat zijn klanten verwachten;
      • een bedrijf merkt dat klanten ontevreden zijn, maar niet weet waarom;
      • een bedrijf zijn dienstverlening beter wil afstemmen op de klant.
      Wat is een Gap-analyse?

      Een Gap-analyse met behulp van het SERVQUAL-model is een kwalitatieve onderzoeksmethode om de verwachtingen van klanten te vergelijken met hun daadwerkelijke ervaringen met een bedrijf.

      Zo krijg je inzicht in vijf mogelijke gaps:

      • Knowledge gap
      • Policy gap
      • Delivery gap
      • Communication gap
      • Customer gap

      Dit zijn tekortkomingen in het bedrijf met betrekking tot de kwaliteit van de dienstverlening.

      Met welke formule kun je de marge van een organisatie berekenen?

      Volgens de Waardeketen van Porter (Value Chain) kun je de marge van een organisatie berekenen met de volgende formule:

      Marge = gecreëerde waarde – de kosten om deze waarde te creëren 

      Wat is de Waardeketen (Value Chain) van Porter?

      Met de Waardeketen van Porter (Value Chain) kun je identificeren welke primaire en ondersteunende activiteiten van een bedrijf waarde creëren voor klanten.

      Op basis hiervan kun je achterhalen hoe deze primaire en ondersteunende activiteiten aan elkaar gelinkt zijn. Zo kun je bepalen wat het effect is van de gecreëerde waarde en welke kosten hieraan verbonden zijn. Hiermee bepaal je de marge van een organisatie.

      Uit welke vijf krachten bestaat het Vijfkrachtenmodel van Porter?

      Volgens het Vijfkrachtenmodel (Five Forces Framework) van Porter wordt de concurrentie bepaald door de sterkte van de volgende vijf krachten in te schatten:

      • Dreiging van nieuwe toetreders;
      • Onderhandelingsmacht van leveranciers;
      • Onderhandelingsmacht van klanten;
      • Dreiging van substituten;
      • Onderlinge rivaliteit.
      Waarvoor wordt het Vijfkrachtenmodel van Porter gebruikt?

      Het Vijfkrachtenmodel (Five Forces Framework) van Michael Porter kan een goed beeld geven van de concurrentie in een bepaalde bedrijfstak.

      De winstgevendheid van een bedrijf of organisatie is sterk afhankelijk van de concurrentie, dus het is van belang om de concurrenten goed te analyseren als je een strategie opstelt. Het Vijfkrachtenmodel kan hierbij helpen.

      Waarvoor wordt de piramide van Maslow gebruikt?

      De piramide van Maslow kan worden gebruikt om de behoeften van consumenten of mensen in het algemeen te verklaren. De theorie stoelt op de aanname dat mensen basisbehoeften hebben en dat andere, meer verfijnde behoeften pas ontstaan als eerdere behoeftelagen vervuld zijn.

      Uit welke fasen bestaat de piramide van Maslow?

      De piramide van Maslow bestaat uit vijf fasen:

      1. Primaire biologische levensbehoeften. Dit zijn de eerste basisbehoeften, zoals zuurstof, voedsel en water.
      2. Bestaanszekerheid. Als de primaire biologische levensbehoeften vervuld zijn, gaan mensen op zoek naar veiligheid en zekerheid (zoals onderdak).
      3. Sociale behoeften. Als iemand bestaanszekerheid ervaart, is de volgende stap een sociaal leven ontwikkelen (zoals vriendschappen of andere relaties opbouwen).
      4. Erkenning. Als mensen eenmaal sociaal contact hebben, vinden ze het belangrijk hoe anderen over ze denken in termen van waardering, erkenning en respect.
      5. Zelfontplooiing. Zijn alle bovenstaande behoeften vervuld? Dan wil dat zeggen dat die mensen voldoende tijd (en geld) hebben om zichzelf te ontwikkelen als mens (bijvoorbeeld door een studie te volgen).
      Wat zijn de nadelen van de BCG-matrix?

      De BCG-matrix biedt slechts een simplistische weergave van hoe de zaken ervoor staan. Het model gaat dan ook gepaard met enkele nadelen:

      • Marktaandeel is geen garantie voor winstgevendheid.
      • Marktgroei is geen feitelijk gegeven, maar kan beïnvloed worden door het bedrijf (door een impuls te geven).
      • De matrix toont niet wat de concurrentie doet.
      • Sommige producten zijn in de praktijk sterk van elkaar afhankelijk. Daar houdt de matrix geen rekening mee.
      Wat is het doel van de BCG-matrix?

      In de BCG-matrix worden de marktgroei en het marktaandeel van bepaalde producten of diensten van een bedrijf met elkaar vergeleken. Zo kunnen bedrijven bepalen in welke producten en diensten ze moeten investeren, in welke ze moeten des-investeren en welke producten of diensten ze zelfs niet meer aan moeten bieden.

      Welke vier perspectieven worden gebruikt voor de Balanced Scorecard?

      De indicatoren voor de Balanced Scorecard kunnen worden geformuleerd op basis van vier perspectieven:

      • het financiële perspectief
      • het perspectief van de klant
      • het innovatieperspectief
      • vanuit de interne processen
      Wat is het doel van de Balanced Scorecard?

      Het doel van de Balanced Scorecard is om de missie en visie van een bedrijf of organisatie te communiceren. De Scorecard kan zo als hulpmiddel dienen om een strategie te ontwikkelen. Om de effectiviteit van deze strategie te controleren, worden meetbare indicatoren gebruikt.

      Wat is de marketingmix met 7 p’s?

      De marketingmix bestaat uit verschillende instrumenten die samen de marketingstrategie van een bedrijf vormen. Eerst waren er 4 p’s, namelijk product, prijs, promotie en plaats.

      Booms en Bitner hebben hier nog personeel, proces en physical evidence, waardoor er nu 7 p’s zijn.

      Wat zijn politiek-juridische factoren?

      Politiek-juridische factoren tonen aan in welke mate de overheid invloed heeft op de economie. De overheid kan grote invloed hebben op prijzen, de inkomstenverdeling, economische groei, arbeidsmarkt, de gezondheidszorg, onderwijs en infrastructuur van een land.

      Wat zijn ecologische factoren?

      Ecologische factoren hebben betrekking op de fysieke omgeving van het bedrijf die een kans of bedreiging kunnen vormen. Zo moet een bedrijf rekening houden met geldende milieuvoorschriften, natuurlijke bronnen en weersomstandigheden van een gebied of land bij het aanbieden van producten of diensten en de productieprocessen.

      Wat zijn technologische factoren?

      Een bedrijf moet op de hoogte zijn van technologische factoren, zodat het hierop kan inspelen voordat concurrenten dit doen. Ook is het van belang inzicht te hebben in deze ontwikkelingen, om te bepalen of een product of dienst wel kan worden gecreëerd.

      Wat zijn sociaal-culturele factoren?

      Sociaal-culturele factoren gaan over de sociale en culturele normen en waarden van een gebied of land. Met behulp van deze factoren kunnen de kenmerken van (potentiële) consumenten worden geïnventariseerd. Als je de potentiële klanten in kaart brengt, kun je inschatten hoe groot hun vraag zal zijn naar de producten en diensten van de organisatie.

      Wat zijn economische factoren?

      Met economische factoren kun je de economische gesteldheid van een land of bepaald gebied in kaart brengen. Hierbij is het belangrijk om te kijken naar trends, oftewel of er op basis van voorgaande maanden of jaren sprake is van groei of niet.

      Wat zijn demografische factoren?

      Demografische factoren gaan over ontwikkelingen in de bevolkingssamenstelling, -groei en -omvang binnen de markt waarin het bedrijf zich bevindt. Hiermee krijg je inzicht in de potentie van de markt, de grootte van de potentiële doelgroep en de ontwikkelingen die als kans en bedreiging kunnen worden beschouwd.

      Waarvoor gebruik je een DESTEP-analyse?

      Met de DESTEP-analyse kun je de macro-omgeving van een bedrijf in kaart brengen om inzicht te krijgen in belangrijke marktontwikkelingen. Zo kun je kansen en bedreigingen voor je opdrachtgever inzichtelijk maken.

      Je richt je op demografische, economische, sociaal-culturele, technologische, ecologische en politiek-juridische factoren.

      Hoe moet je een confrontatiematrix interpreteren?

      In een confrontatiematrix verbind je de zwakten, sterkten, bedreigingen en kansen van de SWOT-analyse door deze tegenover elkaar te zetten. Hierbij geldt:

      • De sterke punten en de kansen creëren samen groeimogelijkheden.
      • De zwakten en de kansen bieden ruimte voor verbetering.
      • De sterkten kunnen het bedrijf of de organisatie verdedigen tegen bedreigingen.
      • De zwakke punten en bedreigingen leiden tot verandering of terugtrekking.
      Waarvoor wordt een confrontatiematrix gebruikt?

      De confrontatiematrix is vaak een handig hulpmiddel om een marketingplan op te stellen. De matrix verbindt de zwakten, sterkten, bedreigingen en kansen van de SWOT-analyse, waardoor je conclusies kunt trekken.

      Waarvoor wordt een SWOT-analyse gebruikt?

      Met een SWOT-analyse kun je de sterktes, zwaktes, kansen en bedreigingen van een bepaalde situatie onderzoeken, zoals de verkoopmarkt van mobiele telefoons. Op die manier kun je bepalen welke aspecten goed gaan en welke punten nog meer aandacht verdienen.

      Wat is een SWOT-analyse?

      De SWOT-analyse heeft betrekking op de sterktes (strengths), zwaktes (weaknesses), kansen (opportunities) en bedreigingen (threats) van een bepaalde situatie or organisatie.

      Strengths zijn de interne positieve punten en weaknesses de interne negatieve punten. Deze twee aspecten van de SWOT-analyse vormen samen de interne analyse.

      Opportunities zijn de externe positieve punten en threats de externe negatieve punten. Deze twee aspecten van de SWOT-analyse vormen samen de externe analyse.

      Wat is Google Scholar?

      Google Scholar is een aparte zoekmachine van Google om te zoeken naar wetenschappelijke literatuur. Met Google Scholar kun je door meerdere databases (bijv. ScienceDirect, JSTOR en Wiley Interscience) zoeken vanuit één zoekvak.

      Hiermee vindt je voorpublicaties, wetenschappelijke artikelen, boeken en andere wetenschappelijke bronnen.

      Wanneer gebruik je sociale media als bron?

      Je kunt sociale media als bron in je onderzoek gebruiken om te kijken wat gezegd wordt over een bepaald onderwerp. Met Twitter zou bijvoorbeeld onderzocht kunnen worden hoeveel klachten er dagelijks binnenkomen over de NS. De meeste reizigers dienen namelijk geen officiële klacht in, maar uiten wel hun frustratie op Twitter.

      Waar start de paginanummering van je scriptie?

      De paginanummering start meestal na het voorblad. Als je gebruikmaakt van een informatiepagina start de paginanummering vaak na de informatiepagina.

      Indeling scriptie Paginanummer Indeling scriptie Paginanummer
      Voorblad/titelpagina – Voorblad/titelpagina –
      Voorwoord 2 informatiepagina –
      Samenvatting 3 Voorwoord 3
      Inhoudsopgave 4 Samenvatting 4
      Waarvoor wordt de functie “wijzigingen bijhouden” gebruikt?

      Je gebruikt de functie “wijzigingen bijhouden” (track changes) in Word, zodat eventuele wijzigingen zichtbaar blijven als suggesties, en niet direct worden doorgevoerd. Op deze manier kan iemand anders bepalen of een wijziging moet worden doorgevoerd of kan iemand zien welke aanpassingen je hebt gedaan.

      Deze functie is bijvoorbeeld handig als je feedback geeft op iemands anders’ werk of als je met meerdere mensen aan een project werkt.

      Hoe lees je zo snel mogelijk een tekst?

      Je kunt enkele technieken gebruiken om teksten sneller te lezen dan normaal.

      Lees de tekst niet in gedachten voor

      Iets wat we allemaal (vaak onbewust) doen is een tekst hardop of in gedachten voorlezen, maar dit vertraagt de leessnelheid enorm. Lees alleen hardop of in gedachten voor als je een stukje niet goed begrijpt.

      Gebruik een aanwijzer om je ogen te begeleiden

      Maak gebruik van een pen, potlood, vinger of muisaanwijzer als hulpmiddel om je ogen te begeleiden door de tekst. Je zult merken dat je een tekst veel sneller leest, omdat je niet hoeft te zoeken.

      Hoeveel woorden heeft een scriptie?

      Het aantal woorden in een scriptie hangt af van het niveau, het aantal studiepunten dat je krijgt en de richtlijnen van individuele opleidingen (controleer deze goed).

      Een hbo-scriptie is gemiddeld 15.000 woorden lang, een bachelorscriptie heeft tussen de 7.000 en 12.000 woorden en een masterscriptie is meestal tussen de 12.000 en 20.000 woorden lang (zonder bijlagen).

      Let op: een grote scriptie is niet per se beter dan een kleine scriptie. Het belangrijkste is om kort en krachtig te schrijven, zodat je scriptie goed leesbaar is.

      Wat zijn studiepunten?

      De studielast voor een vak of opleiding wordt uitgedrukt in studiepunten (ECTS of credits). Hierdoor kunnen vakken met elkaar worden vergeleken en weten studenten en docenten hoeveel tijd ze ongeveer kwijt zijn aan de voorbereiding, de colleges en de opdrachten.

      Zo staat 1 ECTS voor 28 uur werk. Stel dat je 12 studiepunten krijgt voor je scriptie, dan rekent je opleiding op minimaal 8 weken fulltime werk (of 336 uur).

      Hoelang duurt het om een scriptie te schrijven?

      De gemiddelde duur van een scriptie ligt tussen de 3 en 12 maanden, waarbij je meestal 6 maanden bezig bent (ongeveer 1 semester). Hoe lang het proces precies duurt, hangt af van het soort onderzoek en hoeveel studiepunten ervoor staan. Het allerbelangrijkste is dat je je houdt aan een goede planning.

      Hoe bouw je de afstudeerpresentatie voor je scriptieverdediging op?

      Tijdens de afstudeerpresentatie houd je dezelfde volgorde aan als in je scriptie en licht je de belangrijkste punten toe:

      1. Introduceer je probleem. Wat is de aanleiding?
      2. Wat is je hoofdvraag en/of hypothesen?
      3. Hoe ben je het gaan onderzoeken (onderzoeksopzet)?
      4. Wat zijn de onderzoeksresultaten? Som niet alle resultaten op. 1-2 slides is echt voldoende!
      5. Je conclusies.
      6. Wat is je advies of visie hierop (discussie)?
      7. Wat zijn de beperkingen van je onderzoek? Wat is nog interessant om verder te onderzoeken?
      8. Wat heb je van je scriptie geleerd?
      Hoe is een scriptieverdediging opgebouwd?

      De scriptieverdediging bestaat meestal uit de volgende onderdelen:

      1. Een afstudeerpresentatie waarin je uitlegt hoe je onderzoek is verlopen en wat de resultaten zijn. Meestal mag je hiervoor een scherm gebruiken, zodat je een PowerPoint kunt laten zien.
      2. Een kritische vragenronde waarbij het publiek vragen kan stellen. De meeste vragen zullen afkomstig zijn van je begeleider en tweede lezer, waardoor ze mogelijk een klein deel van het cijfer bepalen.
      3. De bepaling van het cijfer. De begeleider en tweede lezer trekken zich even terug, waarna ze het cijfer bekendmaken.

      De verdediging vormt maar een klein onderdeel van het scriptieproces en is vaak niet van grote invloed op het cijfer.

      Voor wie doe je de verdediging van een scriptie?

      Wie aanwezig is bij je scriptieverdediging, hangt af van je opleiding en onderwijsinstelling. Je vaste begeleider en een tweede lezer zijn er altijd bij.

      Op de universiteit is het bij sommige opleidingen ook gebruikelijk dat er publiek aanwezig is. Het publiek kun je zelf uitnodigen. Denk hierbij aan familie, vrienden, collega’s (van je stagebedrijf), studiegenoten, et cetera.

      Wat doe je als je scriptie wordt afgekeurd?

      Het is ontzettend vervelend als je scriptie wordt afgekeurd. Probeer ondanks de teleurstelling toch proactief in overleg te gaan met je begeleider. Stel je begeleider de volgende vragen:

      • Waarom moet ik mijn scriptie herkansen?
      • Kunt u mij aangeven wat de verbeterpunten zijn?
      • Kunnen we een nieuwe deadline plannen voor het inleveren van mijn scriptie?

      Zorg dat de afspraken schriftelijk bevestigd worden, bijvoorbeeld door in een mail om bevestiging te vragen. Vervolgens kun je aan de slag met een nieuwe planning.

      Uit welke onderdelen bestaat de onderzoeksfase van je scriptie?

      In de onderzoeksfase van je tijdsplanning staan alle stappen die te maken hebben met onderzoek doen. Dit betekent dat je ook al het onderzoeksvoorstel (plan van aanpak), literatuuronderzoek en onderzoeksmethoden gaat beschrijven.

      1. Literatuuronderzoek doen
      2. Onderzoeksmethoden bepalen
      3. Dataverzameling
      4. Data-analyse
      5. Onderzoek evalueren en bijwerken
      Uit welke fases bestaat een planning voor je scriptie?

      Met behulp van de scriptieplanning kun je stapsgewijs al je deadlines halen en ervoor zorgen dat je op tijd afstudeert.

      In de tijdsplanning maak je onderscheid tussen de fase waarin je:

      • informatie verzamelt (de startfase);
      • het daadwerkelijke onderzoek doet (de onderzoekfase);
      • de uitkomsten van het onderzoek opschrijft (de schrijffase).
      Waarom is de kwaliteit van een journal-artikel belangrijk?

      Hoe hoger de kwaliteit van de artikelen die je gebruikt in het literatuuronderzoek, hoe steviger jouw eigen onderzoek staat. Als je artikelen gebruikt die laag staan aangeschreven, loop je het risico dat de conclusies die je trekt ongefundeerd zijn. Je begeleider zal dan ook altijd controleren op basis van welke artikelen je bepaalde conclusies trekt.

      Hoe maak je een running head op volgens de APA-stijl?

      De tekst wordt links uitgelijnd en verschijnt op alle pagina’s, inclusief de titelpagina. Het is niet nodig om het label “Running head” toe te voegen voor de titel (zoals dat wel moest voor de 6de editie van APA).

      Je voegt in principe alleen een running head toe bij officiële publicaties, en niet als je student bent (tenzij instructies anders voorschrijven).

      Wat is een running head?

      Een “running head” is een verkorte versie van de titel van je tekst. Deze wordt in de paginakoptekst van je document geplaatst, samen met een paginanummer. De running head is alleen nodig voor professionele manuscripten die bedoeld zijn voor publicaties en niet voor teksten van studenten (tenzij instructies anders voorschrijven).

      Wat is het verschil tussen de APA-datumnotatie in het Engels en Nederlands?

      De datumnotatie voor de APA-stijl in het Nederlands verschilt ten opzichte van het Engels. In het Nederlands schrijf je de maanden zonder hoofdletter en begin je met de dag van de maand. In het Engels is dit precies andersom.

      • Nederlands
        Streefkerk, R. (2019, 22 oktober). APA-handboek 7e druk: De belangrijkste wijzigingen. Geraadpleegd op 6 april 2021, van https://www.scribbr.nl/apa-stijl/wijzigingen-7e-druk.
      • Engels
        Streefkerk, R. (2010, October 22). APA-handboek 7e druk: De belangrijkste wijzigingen. Retrieved October 22, 2021, from https://www.scribbr.nl/apa-stijl/wijzigingen-7e-druk
      Moet je een bronvermelding toevoegen voor de illustratie op de titelpagina?

      Als je een afbeelding uit een andere bron overneemt voor de titelpagina van je onderzoek, moet je volgens de APA-stijl titelpagina een bronvermelding toevoegen aan de literatuurlijst. Bovendien voeg je een noot toe onder de afbeelding.

      Bronvermelding (literatuurlijst) Shi, F., & Zhu, L. (2019). Analysis of trip generation rates in residential commuting based on mobile phone signaling data. Journal of Transport and Land Use, 12(1), 201–220. Geraadpleegd op 12 maart 2021, van https://www.jstor.org/stable/26911264
      Verwijzing in de tekst (Shi & Zhu, 2019, p. 212)
      Copyright note Noot. Overgenomen uit “Analysis of Trip Generation Rates in Residential Commuting Based on Mobile Phone Signaling Data”, door F. Shi en L. Zhu, 2019, Journal of Transport and Land Use, 12(1), p. 212 (https://www.jstor.org/stable/26911264). CC BY-NC.
      Hoe maak je de titelpagina (omslag) op volgens de APA-stijl?

      Als je de APA-stijl gebruikt voor de opmaak, kun je deze richtlijnen volgen voor de informatie op titelpagina (ook wel titelblad, voorpagina of omslag genoemd):

      • Titel van je tekst.
      • Je naam (en eventueel namen van andere auteurs).
      • Naam van je hogeschool of universiteit (en eventueel de faculteit).
      • Naam van je vak (en eventueel vakcode).
      • Naam van je begeleider(s).
      • Inleverdatum van je opdracht.
      • Alle tekst met dubbele regelafstand en gecentreerd.
      Hoe maak je de inhoudsopgave op volgens de APA-stijl?

      Een inhoudsopgave is volgens de APA-richtlijnen niet verplicht. Er zijn dan ook geen specifieke APA-opmaakrichtlijnen voor dit onderdeel. Toch is het zeker in lange teksten verstandig om een inhoudsopgave toe te voegen. Voor wat houvast kun je hierbij deze opmaakrichtlijnen volgen:

      • Voeg alle koppen met niveau 1 en 2 toe (andere niveaus zijn optioneel).
      • Geef de niveauverschillen tussen koppen aan met inspringing. Houd je aan de algemene APA-opmaakrichtlijnen voor het lettertype, regelafstand, en dergelijke.
      Hoe introduceer je afkortingen volgens de APA-stijl?

      Je introduceert afkortingen volgens de APA-stijl door eerst de volledige term te noemen en vervolgens de afkorting tussen haakjes te plaatsen. Vanaf dat moment gebruik je alleen nog de afkorting.

      Het beheersen van Kwaliteit, Arbo en Milieu (KAM) is voor veel organisaties moeilijk. KAM krijgt vaak te weinig aandacht.
      Hoe verwijs je naar een bron volgens de MLA-stijl?

      Een MLA-bronvermelding bestaat uit twee belangrijke onderdelen:

      1. Bronvermelding in de literatuurlijst
        In de literatuurlijst wordt voor iedere bron een volledige bronvermelding opgenomen. Elke bronvermelding kan uit negen elementen bestaan. Voor ieder brontype gebruik je alleen de relevante elementen.
      1. Verwijzing in de tekst
        Dit zijn korte verwijzingen in de tekst die de lezer helpen de volledige bronvermelding in de literatuurlijst te vinden. Alleen de achternaam van de auteur en het paginanummer worden gebruikt, bijvoorbeeld (Smith 205).
      Bekijk ons uitgebreide artikel over de MLA-stijl voor meer uitleg en voorbeelden.
      Wie gebruikt de MLA-stijl?

      Wereldwijd is de MLA-stijl een van de meestgebruikte referentiestijlen, maar in Nederland wordt MLA voornamelijk gebruikt in de geesteswetenschappen.

      Gebruik onze gratis MLA Generator om snel de juiste bronvermeldingen te genereren.
      Hoe weet ik welke referentiestijl ik moet gebruiken?

      Over het algemeen gebruiken de meeste onderwijsinstellingen in Nederland de APA-stijl, met uitzondering van juridische opleidingen en medische opleidingen.

      De onderwijsinstelling of begeleider zou duidelijk moeten aangeven welke referentiestijl je dient te gebruiken. Als je de informatie nergens kunt vinden, is het belangrijk om eerst na te vragen welke stijl je moet gebruiken, omdat ze erg van elkaar verschillen.

      Wat is de meest gebruikte referentiestijl?

      De populairste referentiestijl in Nederland is de APA-stijl. Wij hebben hiervoor een gratis te downloaden, Nederlandstalige handleiding met uitleg, formats en voorbeelden gemaakt.

      Een uitzondering hierop wordt gevormd door de juridische opleidingen. Juridische opleidingen in Nederland maken gebruik van de Leidraad voor juridische auteurs.

      Wat is een referentiestijl?

      Een referentiestijl is een verzameling van regels die voorschrijven op welke manier je naar bronnen moet verwijzen in je scriptie. Een referentiestijl wordt vaak gepubliceerd in een officieel handboek met daarin uitleg, voorbeelden en adviezen.

      Welke soorten bronnen kun je gebruiken voor je scriptie?

      Wij raden aan om voor je argumentatie vooral artikelen uit wetenschappelijke tijdschriften te gebruiken. Mocht je geen of weinig artikelen over jouw onderwerp kunnen vinden in wetenschappelijke tijdschriften, dan kun je eventueel ook bronnen raadplegen die niet wetenschappelijk van aard zijn, maar die wel betrouwbaar zijn. Een goed voorbeeld hiervan is een rapport of een handboek.

      Als je de actualiteit van je onderwerp of de aanleiding van je onderzoek wilt onderbouwen, is de wetenschappelijke achtergrond van een bron minder van belang. Hiervoor kun je dus ook prima nieuwsartikelen gebruiken.

      Hoe vind je de primaire bron?

      Als je niet zelf een experiment uitvoert of de primaire gegevens verzamelt, kun je het best primaire bronnen opsporen via secundaire bronnen. Meestal is het vrij eenvoudig te achterhalen op welke primaire bron een secundaire bron is gebaseerd.

      Deze informatie vind je op twee belangrijke plaatsen in de secundaire bron:

      • Bibliografie of literatuurlijst
      • Internetlinks, in het geval van online bronnen
      Wat is een secundaire bron?

      Een secundaire bron interpreteert, analyseert of verklaart primaire bronnen. Deze bronnen zijn een stap verwijderd van de oorspronkelijke gebeurtenis en zijn daarom niet altijd even relevant als de originele bron.

      Enkele voorbeelden zijn:

      • (Literatuur)reviews
      • Opiniestukken
      • Documentaires
      • Sommige boeken
      Wat is een primaire bron?

      Primaire bronnen zijn het oorspronkelijke bewijs van gebeurtenissen, objecten, personen of uitgevoerd werk. Voorbeelden hiervan zijn:

      • Onderzoeksresultaten
      • Statistische gegevens
      • Ooggetuigenverslagen
      • Enquêtes en interviews
      • Juridische documenten

      Via primaire bronnen kunnen studenten en onderzoekers de werkelijke gebeurtenis zo dicht mogelijk benaderen. De informatie in primaire bronnen is nog niet geanalyseerd, samengevat of geïnterpreteerd door iemand buiten het onderzoek. Dit geeft je de mogelijkheid om dit zelf te doen.

      Hoe moet je parafraseren?

      Je kunt parafraseren in 6 stappen:

      Stappenplan parafraseren
      Stap 1 Lees de passage goed door, zodat je deze volledig begrijpt.
      Stap 2 Noteer de belangrijkste begrippen.
      Stap 3 Schrijf jouw versie van de tekst zonder naar het origineel te kijken (zie onderstaande tips als je bij deze stap vastloopt).
      Stap 4 Vergelijk je eigen versie van de tekst met de oorspronkelijke versie. Let daarbij op gedeelten die nog te veel in dezelfde woorden staan.
      Stap 5 Maak kleine aanpassingen waar nodig. Soms lukt het niet om alle zinnen te wijzigen.
      Stap 6 Noteer de bron waaruit de passage afkomstig is, inclusief alle informatie die je nodig hebt voor een juiste bronvermelding (auteursnaam, titel boek, tijdschrift of artikel, publicatiejaar, et cetera.
      Wat is het doel van parafraseren?

      De definitie van parafraseren is andermans idee in je eigen woorden uitdrukken. Het doel is de betekenis van de oorspronkelijke tekst behouden zonder de tekst woordelijk te kopiëren (citeren).

      Hierdoor blijft je eigen stem dominant en laat je zien dat je de inhoud hebt begrepen. Je parafraseert vaker dan dat je citeert.

      Wat is citeren?

      Citeren is het letterlijk kopiëren van andermans woorden. Dit kan een zinsdeel, een zin of een alinea zijn. Hierbij is het belangrijk dat je de geciteerde tekst tussen aanhalingstekens plaatst en dat je correct verwijst naar de originele auteur(s) in de tekst en in de literatuurlijst.

      Wat is het verschil tussen samenvatten en parafraseren?

      Een samenvatting van een bron is een beknopt, maar volledig overzicht van de inhoud van een bron, geschreven in je eigen woorden. Een samenvatting is veel korter dan de tekst waaruit de informatie is overgenomen.

      Een samenvatting is een volledige of gedeeltelijke beschrijving van een bron. Dit is iets anders dan parafraseren. Dat houdt namelijk in dat je slechts een gedeelte van een tekst in je eigen woorden uitlegt. Dat gedeelte heeft vaak ongeveer dezelfde lengte als de brontekst.

      In welke volgorde moet ik mijn argumenten bespreken?

      Behandel je argumenten voor je essay in een logische volgorde. Je kunt je argumenten (voor en tegen) op verschillende manieren in een logische volgorde presenteren:

      • Thematisch: bespreek voor- en tegenargumenten per deelthema.
      • Chronologisch: bespreek voor- en tegenargumenten in chronologische volgorde.
      • Argumentatief: bespreek eerst de argumenten voor het standpunt en daarna de argumenten tegen het standpunt.
      Wat is een slotzin?

      De conclusie van je essay eindig je met een krachtige slotzin om je lezer nog meer te overtuigen, aan het denken te zetten of aan te sporen tot actie. Je slotzin kan zijn:

      • Oneliner
      • Vraag
      • Blik op de toekomst
      • Samenvattend statement
      • Aansporing tot actie
      Hoe kan ik een suggestie doen voor de Scribbr Knowledge Base?

      Het is altijd ons doel om de Knowledge Base te verbeteren. Als je een idee hebt voor een nieuw onderwerp waarover we zouden moeten schrijven of als je een foutje ontdekt in een van onze artikelen, kun je ons dit laten weten door te mailen naar [email protected].

      Kan ik materialen op Scribbr gebruiken voor onderwijsdoeleinden?

      Ja! We zien graag dat docenten onze materialen gebruiken, en we hebben sommige artikelen omgezet in kant-en-klare collegeslides!

      De materialen op Scribbr mogen gratis getoond, aangepast en verspreid worden tijdens colleges of geüpload worden in leeromgevingen, zoals Blackboard en Brightspace. We vragen je alleen om te verwijzen naar Scribbr als je onze materialen gebruikt.

      Voor wie is de Scribbr Knowledge Base?

      De Knowledge Base is er voor iedere student. Of je nu je eerste essay schrijft, bezig bent met je bachelor- of masterscriptie of een PhD-onderzoek doet: wij helpen je!

      Wat is de Scribbr Knowledge Base?

      De Scribbr Knowledge Base is een verzameling van gratis hulpmiddelen om jou te helpen met onderzoek, academisch schrijven en de bronvermelding. Iedere week publiceren we handige stappenplannen, duidelijke voorbeelden, simpele templates, leuke video’s, en meer.

      Waarvoor worden voetnoten gebruikt?

      Een voetnoot kan om meerdere redenen worden gebruikt. De belangrijkste doelen zijn de volgende:

      1. In de voetnoot plaats je voor sommige referentiestijlen een bronvermelding, zodat de lezer je bron kan controleren. Je voorkomt hiermee dat je plagiaat pleegt. Let op: niet iedere referentiestijl werkt met dit systeem.
      2. Je kunt de voetnoot gebruiken om de lezer meer duidelijkheid te verschaffen over bepaalde keuzes in je hoofdtekst, zonder deze te verstoren.
      3. Je kunt extra informatie toevoegen voor de nieuwsgierige lezer, zoals links naar achtergrondinformatie.
      4. Je kunt afkortingen en begrippen uitleggen als de referentiestijl dit toestaat. Je kunt ook kiezen voor een begrippenlijst.
      Wat is een ghostwriter (voor een scriptie)?

      Een ghostwriter (spookschrijver) is iemand die een tekst schrijft voor iemand anders, vaak tegen betaling. Zelfs als iemand hiervoor betaald wordt, valt dit onder plagiaat en fraude. Het is dan ook niet toegestaan om je scriptie of andere opdrachten te laten ghostwriten.

      Een docent kan bij twijfel de examencommissie inschakelen, bijvoorbeeld als je werk sterk afwijkt van andere opdrachten.

      Kan ik beter citeren of parafraseren?

      Over het algemeen zul je in je scriptie meer parafraseren dan citeren. Dat heeft de volgende drie redenen:

      • Met een parafrase laat je zien dat je de inhoud van de tekst goed begrijpt.
      • Als je parafraseert, kopieer je geen onderzoek van anderen en pleeg je geen plagiaat (mits je een correcte bronvermelding toevoegt).
      • Je eigen stem blijft dominant in je scriptie.
      Hoe verwijs je naar bronnen in je scriptie?

      Je moet zeer nauwkeurig verwijzen naar bronnen in een literatuurstudie, zodat je geen (onbedoeld) plagiaat pleegt.

      Veel onderwijsinstellingen gebruiken de APA-stijl. Gebruik bijvoorbeeld de gratis Scribbr APA Generator om snel de juiste verwijzingen en bronvermeldingen te genereren.

      Gebruik je een andere referentiestijl dan APA? Bekijk ons overzicht van referentiestijlen met voorbeelden.
      Welke andere diensten biedt Scribbr aan?

      Naast de Knowledge Base biedt Scribbr nog vele andere tools en diensten aan om jou te helpen met onderzoek, academisch schrijven en bronvermelding:

      • Genereer bronvermeldingen en houd literatuurlijsten bij met onze gratis APA Generator.
      • Laat je tekst scannen op fouten en inconsistenties in je bronvermeldingen met onze innovatieve APA Checker.
      • Voorkom onbedoeld plagiaat met onze betrouwbare Plagiaat Checker.
      • Verbeter je taalgebruik en schrijfstijl en ontvang feedback op de structuur en rode draad van je tekst met onze Nakijkservice.

      Nog vragen?

      Vraag het ons

      Kom je ergens niet uit? Geen probleem, wij staan altijd voor je klaar.

      • Start een live chat
      • E-mail [email protected]
      • Bel 020 261 6040
      Support team - Louise Klapwijk Support team - Jelle Velseboer Support team - Eden Wudufanta Support team - Tim Appels

      Veelgestelde vragen

      Bekijk ze allemaal
      Hoe helpt Scribbr studenten met afstuderen?

      Ons team helpt studenten afstuderen met de:

      • Gratis APA en MLA Generator voor bronvermeldingen
      • Scribbr Plagiaat Checker
      • Professionele nakijkservice in het Nederlands of Engels
      • Meer dan 300 behulpzame artikelen over academisch schrijven, bronvermelding, plagiaat en meer
      Voor welke referentiestijlen kan ik de Scribbr Bronnengenerator gebruiken?

      De Scribbr Bronnengenerator is ontwikkeld met behulp van het open-source Citation Style Language (CSL)-project en Frank Bennett’s citeproc-js. Het is dezelfde technologie die wordt gebruikt door tientallen andere populaire bronnengenerators, waaronder Mendeley en Zotero.

      Je kunt alle citatiestijlen en talen vinden die in de Scribbr Citation Generator worden gebruikt in onze openbaar toegankelijke repository op Github.

      Welke technologie gebruikt de Scribbr Plagiaat Checker?

      De Scribbr Plagiaat Checker maakt gebruik van elementen van Turnitins Similarity Checker, namelijk de plagiaatdetectiesoftware en de Internet Archive and Premium Scholarly Publications content databases.

      Wat voor soort teksten kan ik laten nakijken door Scribbr?

      Scribbr is gespecialiseerd in het controleren van studiegerelateerde documenten (mbo, hbo, wo en postdoc). We kijken de volgende soorten teksten na:

      • Bachelor- en masterscriptie
      • Afstudeerwerkstuk of -project
      • Essay
      • Paper
      • PhD-thesis / proefschrift
      • Dissertatie
      • Manuscript voor een journal / wetenschappelijke artikelen
      • Plan van aanpak of onderzoeksvoorstel
      • Verslag
        • Reflectieverslag
        • Stageverslag
        • Procesverslag
      • Portfolio
      • Adviesrapport
      • Toelatingsbrief voor een onderwijsinstelling
      • Referaat

      Prijs berekenen

      Wij controleren geen commerciële teksten zoals boeken of webpagina’s.

      Scribbr

      Scribbr

      • Editors
      • Editor worden?
      • Jobs
      • Veelgestelde vragen
      • Partners

      Onze diensten

      • Scriptie laten nakijken
      • Verslag laten nakijken
      • Plagiaat Checker
      • APA Checker
      • Bronnengenerator
      • Spellingscontrole

      Contact

      • [email protected]
      • 020 261 6040
      • KvK: 67863019
      • Singel 542 Amsterdam
      Trustpilot logo4.7
      • Nederlands
      • English
      • Deutsch
      • Français
      • Italiano
      • Español
      • Svenska
      • Dansk
      • Suomi
      • Norwegian Bokmål
      • Algemene voorwaarden
      • Veiligheid en privacy
      Zoeken...

        0 resultaten