Nowadays is een bijwoord dat “tegenwoordig”, “op dit moment”, “momenteel” of “in vergelijking met vroeger” betekent.
“Now a days,” geschreven met spaties, wordt soms in plaats van nowadays gebruikt. Dit is echter niet correct en moet worden vermeden. Andere woordspelingen, zoals “now-a-days,” “now days,” “nowdays” and “nowaday”, zijn ook fout.
Voorbeelden: Now a days en nowadays in een zin
Now a days, many people work from home.
Nowadays, many people work from home.
April used to work for a large firm, but now a days she runs a small legal practice.
April used to work for a large firm, but nowadays she runs a small legal practice.
Affect en effect zijn twee verwante woorden die vaak met elkaar worden verward. Ze worden op dezelfde manier uitgesproken en in hun meest voorkomende betekenis verwijzen beide woorden naar verandering, maar ze hebben verschillende grammaticale rollen:
Affect (invloed hebben op) is een werkwoord dat het veroorzaken van een verandering in iemand of iets beschrijft.
Effect (effect, gevolg) is een zelfstandig naamwoord dat verwijst naar het resultaat of de verandering zelf, zoals in de uitdrukking “cause and effect”.
Voorbeelden: Affect in een zin
Voorbeelden: Effect in een zin
Staying up late tonight might affect your performance tomorrow.
Tourism has had a positive effect on the economy.
The result of the exam will affect your overall grade.
The fog created an eerie effect.
The independent variable affects the dependent variable.
The drug’s side effects are unknown.
Let opHet is ook mogelijk om “effect” als werkwoord en “affect” als zelfstandig naamwoord te gebruiken, maar ze hebben verschillende betekenissen en worden minder vaak gebruikt dan in bovenstaande contexten.
Then en than zijn twee woorden met verschillende definities en grammaticale betekenissen die vaak verward worden.
Then (uitgesproken met een korte “e”-klank) verwijst naar tijd. Het is meestal een bijwoord, maar het wordt ook gebruikt als zelfstandig naamwoord als het “toen(dertijd)” of “die tijd” betekent en als bijvoeglijk naamwoord als het verwijst naar een eerdere gebeurtenis.
Than (uitgesproken met een korte “a”-klank) wordt gebruikt voor vergelijkingen. Grammaticaal gezien is het meestal een voegwoord, maar het kan ook een voorzetsel zijn.
Voorbeelden: Then in een zin
Voorbeelden: Than in een zin
Follow the road for another mile, and then take the exit.
Bianca is a better golfer than you.
I was working in a bookstore then.
I often like planning a holiday more than I like the holiday itself.
Albeit is een voegwoord dat “hoewel” of “alhoewel” betekent. Het wordt altijd aaneengeschreven, en nooit als “all be it”. Engelse synoniemen voor albeit zijn “even though” of “although”.
Albeit wordt gebruikt om een bijzin (subordinate clause) in te leiden waarvan de informatie een contrast vormt met de informatie uit de hoofdzin (main clause).
Voorbeelden: Albeit meaningTed found the motivational speaker inspiring, albeit a little preachy.
Gray en grey zijn twee verschillende spellingen van hetzelfde woord dat “grijs” betekent. Het kan worden gebruikt als een zelfstandig naamwoord om naar de kleur te verwijzen, als een bijvoeglijk naamwoord om aan te geven dat iets grijs is, en als een werkwoord als iets die kleur wordt (zoals haar).
De spelling is afhankelijk van de variant van het Engels (Brits of Amerikaans):
In Amerikaans-Engels is “gray” de standaard.
In Brits-Engels is “grey” gebruikelijker.
Voorbeelden: Grey or grayThe couch comes in two colors: beige and gray/grey.
It was supposed to be sunny today, but the sky is gray/grey.
Cooper’s beard is black with patches of gray/grey.
In the last few months, Peter’s hair has grayed/greyed.
Let opHoewel de spelling van grey/gray afhankelijk is van de variant van het Engels, spel je het woord in sommige gevallen altijd op dezelfde manier. Voorbeelden zijn “Earl Grey” (omdat dit een eigennaam is) en “greyhound” (omdat dit een hondenras is).
Organisation en organizationzijn twee spellingen van het zelfstandig naamwoord dat “organisatie” betekent. Het woord is gerelateerd aan het werkwoord “organize/organise”.
De spelling verschilt voor Amerikaans- en Brits-Engels:
In Amerikaans-Engels is “organization” de enige juiste spelling.
In Brits-Engels is “organisation” de standaard, maar “organization” komt ook voor.
Voorbeelden: Organization or organisationThe library shelves displayed no obvious sign of organization/organisation.
Oran is the spokesperson for a national labororganization/organisation.
The festival was canceled due to poor organization/organisation.
Let opVeel woorden die in Amerikaans-Engels met een “z” worden gespeld worden in Brits-Engels met een “s” gespeld. Andere voorbeelden zijn “analyze/analyse”, “realize/realise”, “recognize/recognise” en “apologize/apologise”.
Favourite en favorite zijn verschillende spellingen van hetzelfde zelfstandig naamwoord of bijvoeglijk naamwoord dat “favoriet(e)” betekent. Het woord is gerelateerd aan het werkwoord (en zelfstandig naamwoord) “favour/favor”.
De spelling is verschillend voor Brits- en Amerikaans-Engels
In Brits-Engels is “favourite” (met een “u”) de standaard.
In Amerikaans-Engels is “favorite” (zonder “u”) de correcte spelling.
Voorbeelden: Favourite or favoriteAlthough it’s an old song, it’s still a national favourite/favorite.
Summer is undoubtedly my favourite/favorite season.
History is Joseline’s favourite/favorite school subject.
Andre enjoys hiking and reading, but traveling is his favourite/favorite pastime.
Let opVeel woorden die op -our eindigen in Brits-Engels eindigen in Amerikaans-Engels op -or. Andere voorbeelden zijn “favour/favor”, “behaviour/behavior”, “honour/honor” en “colour/color”.
Color en colour zijn verschillende spellingen van het zelfstandig naamwoord dat “kleur” betekent en het werkwoord dat “kleuren” betekent (bijvoorbeeld “je haar kleuren”).
Het werkwoord kan ook figuurlijk gebruikt worden om aan te geven dat iets levendig wordt gemaakt (“ergens kleur aan geven”).
De spelling verschilt voor Amerikaans- en Brits-Engels:
In Amerikaans-Engels is “color” (zonder “u”) de correcte spelling.
In Brits-Engels is “colour” (met een “u”) de standaard.
Voorbeelden: Color or colourOrange is Olivia’s favorite color/colour.
I think we should repaint the kitchen. Gray is such a bland color/colour.
The child tried to color/colour inside the lines of the drawing.
Anthony colored/coloured the banal story by adding fantastic details.
Let opVeel woorden die op -our eindigen in Brits-Engels eindigen in Amerikaans-Engels op -or. Andere voorbeelden hiervan zijn “favour/favor,” “behaviour/behavior,” “honour/honor,” en “flavour/flavor.”
Cancelled en canceled zijn twee verschillende spellingen van de verleden tijd van het werkwoord “cancel”, wat “annuleren” betekent. De spelling verschilt voor Brits- en Amerikaans-Engels:
In Brits-Engels is “cancelled” (dubbel “l”) de standaard.
In Amerikaans-Engels is “canceled” (één “l”) gebruikelijker.
Voorbeelden: Cancelled or canceledThe concert was cancelled/canceled due to a fire at the theater.
My vote cancelled/canceled out Dave’s.
Farrah cancelled/canceled the reservation at the restaurant because of a family emergency.
I cancelled/canceled the hotel booking too late and lost the deposit I already paid.